Begrippenlijst

Aanwijzingsbeschikking

Een Aanwijzingsbeschikking is een speciale toestemming die je nodig hebt om te mogen uitzenden in het beroepsgoederenvervoer, zoals bij vrachtwagenchauffeurs. De flexonderneming moet een aanwijzingsbeschikking aanvragen bij het KIWA om deze functies uit te mogen zenden. De Aanwijzingsbeschikking wordt toegewezen door de minister van Infrastructuur en Waterstaat. De chauffeur heeft vervolgens zelf een ‘verklaring ter beschikkingstelling’ nodig.

A-1 formulier

Dit is een Europees formulier waarmee een werknemer die buiten Nederland werkt aan kan tonen dat hij in Nederland verzekerd is voor de Sociale verzekeringen zoals bijvoorbeeld AOW, kinderbijslag en WW.

Aanwijzingsbeschikking

Een Aanwijzingsbeschikking is een speciale toestemming die je nodig hebt om te mogen uitzenden in het beroepsgoederenvervoer, zoals vrachtwagenchauffeurs. De uitzendonderneming moet een aanwijzingsbeschikking aanvragen bij het KIWA om deze functies uit te mogen zenden. De Aanwijzingsbeschikking wordt toegewezen door de minister van Infrastructuur en Waterstaat. De chauffeur heeft vervolgens zelf een ‘verklaring ter beschikkingstelling’ nodig.

Aanzegtermijn

Sluiten een werkgever en werknemer een tijdelijke arbeidsovereenkomst van 6 maanden of langer af? Dan geldt de Aanzegtermijn. Dit betekent dat een werkgever uiterlijk één maand voor afloop van de arbeidsovereenkomst, schriftelijk aangeeft of de overeenkomst wel of niet wordt voortgezet. Doet de werkgever dit niet of niet op tijd? Dan kan de werknemer aanspraak maken op een vergoeding van een deel of een geheel bruto maandsalaris afhankelijk van het aantal dagen dat te laat opgezegd is. Deze vergoeding moet gevorderd worden door de werknemer binnen 2 maanden na einde van de overeenkomst.

ABU

Is een werkgeversorganisatie in de flexbranche die zich o.a. bezighoudt met Cao-onderhandelingen en belangenbehartiging van ondernemers in de uitzendbranche.

ABU-loongebouw

Om het loon te bepalen mag, in afwijking op de inlenersbeloning, voor specifieke doelgroepen het ABU loongebouw worden gebruikt. Dit zijn salarisschalen in de ABU-cao, bedoeld voor: flexwerknemers met een achterstand op de arbeidsmarkt, werknemers die van werk naar werk worden begeleid, niet indeelbare functies of flexwerknemers die overgaan naar fase C. Deze schalen kunnen goedkoper uitvallen voor de flexonderneming of de opdrachtgever ten opzichte van de inlenersbeloning.

ACM (Autoriteit Consument en Markt)

De ACM ziet er op toe dat bedrijven eerlijk concurreren en houdt hierdoor toezicht op de Mededingingswet. Bijvoorbeeld: Flexondernemingen mogen met elkaar geen prijsafspraken maken voor een bepaalde opdrachtgever en hiermee andere bureaus buiten spel zetten. Bij overtreding van de wet kan de ACM een boete of andere straf opleggen.

Actief Kiesrecht OR

Dit betekent dat de werknemer een stem mag uitbrengen bij de verkiezingen van de ondernemingsraad (OR) van een organisatie. Actief kiesrecht bij de OR van de flexonderneming verwerft een flexwerknemer als hij 26 weken heeft gewerkt. Actief kiesrecht bij de OR van de opdrachtgever verwerft een flexwerknemer als hij 2,5 jaar bij dezelfde opdrachtgever werkzaam is geweest.

Adoptieverlof

Het Adoptieverlof is bedoeld voor ouders die een kind adopteren. De duur van het verlof is max. 6 weken aaneengesloten per ouder i.v.m. het regelen van de adoptie en de hechting met het kind. Dit verlof wordt uitgekeerd door het UWV of de werkgever en komt uit de WAZO.

ADV (ArbeidsDuurVerkorting)

ADV ontvang je als werknemer als je wekelijks meer werkt dan de afgesproken arbeidsduur in de arbeidsovereenkomst en hierover ADV afspraken zijn gemaakt in de CAO of het bedrijfsreglement. Bijvoorbeeld in een CAO geldt een 36 urige werkweek, maar de reguliere werkweek in de arbeidsovereenkomst is 40 uur per week. De extra gewerkte uren (ADV uren) mag een werknemer dan op een ander moment opnemen.

Afspiegelingsbeginsel

Met het afspiegelingsbeginsel wordt de volgorde bepaald waarin werknemers mogen worden ontslagen bij bedrijfseconomisch ontslag, bijvoorbeeld reorganisatie. Dit houdt in dat medewerkers met bijna dezelfde (uitwisselbare) functies worden ingedeeld in 5 leeftijdsgroepen. Het doel is dat de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand voor en na de ontslagronde zoveel mogelijk gelijk blijft.

Aftrekposten

Bepaalde aftrekposten verminderen je inkomen bij het opgeven van je inkomsten bij de belastingdienst. Door deze aftrekposten betaal je minder inkomstenbelasting en premie zorgverzekeringen. Aftrekposten zijn bijvoorbeeld studiekosten of ziektekosten.

 

AKW (Algemene Kinderbijslag Wet)

De AKW is uitkering die een bijdrage levert in de kosten voor de opvoeding van kinderen tot 18 jaar. De AKW is een onderdeel van het sociaal zekerheidsstelsel. Het valt onder de sociale verzekeringen en is een volksverzekering.

Algemene heffingskorting

De algemene heffingskorting is een korting op de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. Een werknemer betaalt hierdoor minder belasting en premies. Iedereen heeft recht op heffingskorting, maar de hoogte is afhankelijk van de hoogte van je inkomen. De algemene heffingskorting kan maar bij één werkgever of uitkeringsinstantie worden toegepast. De werkgever is verplicht te vragen aan de werknemer of hij de heffingskorting moet toepassen. Dit kan bijvoorbeeld d.m.v. een loonbelastingverklaring.

Allocatiegroep ABU

De Allocatiegroep is een onderdeel van het ABU loongebouw (zie ABU loongebouw). Onder de allocatiegroep vallen werknemers met een achterstand tot de arbeidsmarkt. Je kan denken aan:

Langdurig werklozen, werkzoekenden die recht hebben op de WIA, Participatiewet of WAJONG.

Schoolverlaters, herintreders en vakantiekrachten.

Voor deze groep mag je een minimum uurloon uit het ABU loongebouw gebruiken. Dit kan voordelig zijn voor de flexonderneming of de opdrachtgever, omdat je dan een hogere marge of een lager tarief kan toepassen.

Anoniementarief

Indien een werknemer zich voor aanvang van het dienstverband niet bekend wil (of kan) maken middels NAW en BSN gegevens of zich niet wil identificeren aan de hand van een geldig identiteitsbewijs, is de werkgever verplicht deze te belasten met het toptarief van 52% volgens de WID (Wet op de Identificatieplicht). Dit heet het anoniementarief toepassen. Er geldt dan ook geen algemene heffingskorting voor de werknemer. In de praktijk komt dit voor als een werkgever niet beschikt over een getekende loonbelastingverklaring of als een werknemer een onecht of verlopen ID bewijs heeft gegeven.

ANW (Algemene Nabestaanden Wet)

De ANW is een uitkering voor nabestaanden, die zelf niet in hun onderhoud kunnen voorzien. Deze uitkering verzekerd hen van een basisinkomen na het overlijden van een partner of ouder.

De ANW is een onderdeel van het sociaal zekerheidsstelsel. Het valt onder de sociale verzekeringen en is een volksverzekering.

AOW (Algemene Ouderdomswet)

De AOW is een uitkering die mensen van een basisinkomen verzekerd na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Deze leeftijd is gekoppeld aan de gemiddelde levensverwachting. De AOW is een onderdeel van het sociaal zekerheidsstelsel. Het valt onder de sociale verzekeringen en is een volksverzekering.

Arbeidsbemiddeling

Als je als organisatie werkgevers en werknemers met elkaar in contact brengt om een arbeidsrelatie tot stand te brengen spreekt men van arbeidsbemiddeling. Er is hierbij alleen sprake van de werving- en selectie. De werkzoekende treedt na de bemiddeling rechtstreeks in dienst bij de opdrachtgever.

 

Arbeidsinspectie

Dit is de vorige benaming van de huidige Inspectie SZW (Sociale Zaken en Werkgelegenheid).

Zie Inspectie SZW

Arbeidskorting

Dit is een vorm van heffingskorting die je ontvangt als je werkt. Deze wordt door je werkgever toegepast op het salaris bij de berekening van de loonheffing. De hoogte van de arbeidskorting hangt af van je leeftijd en je inkomen uit arbeid. De arbeidskorting is van belang bij de belastingaangifte.

Arbeidsongeschiktheid

Een werknemer is arbeidsongeschikt als hij niet meer, of niet meer volledig, zijn werkzaamheden kan verrichten ten gevolge van een ziekte, gebrek of zwangerschap.

Arbeidsovereenkomst

In een arbeidsovereenkomst staan de afspraken tussen een werknemer en een werkgever. Er is dan sprake van loondienst, dienstverband of dienstbetrekking.

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst als een werknemer:
1. persoonlijk de arbeid verricht

  1. de werkgever loon betaalt aan de werknemer
  2. er een gezagsverhouding bestaat tussen werkgever en werknemer (de werkgever geeft opdrachten en bepaalt werkinhoud)
  3. er een zekere tijd of periode arbeid wordt verricht.
Arbeidspool

Een groep van werknemers die ingezet kunnen worden om wisselingen in de personeelsbehoefte bij meerdere bedrijven binnen een sector of branche op te vangen  heet ook wel een arbeidspool. Een flexonderneming kan bijvoorbeeld een arbeidspool opbouwen om bepaalde opdrachtgevers of sectoren te kunnen voorzien van flexwerknemers. Dit kan extern, maar bijvoorbeeld ook inhouse.

Arbeidsverleden

Dit is de opsomming van alle arbeid die men in het verleden gedaan heeft. De ABU en NBBU cao verplicht een aspirant-flexwerknemer om bij inschrijving inlichtingen te verstrekken waar hij in het verleden werkzaam is geweest i.v.m. opvolgend werkgeverschap, transitievergoeding en pensioenopbouw.

ARBO Arts

Dit is een arts meestal verbonden aan een Arbodienst, die beoordeelt of een zieke medewerker arbeidsgeschikt is om te werken of juist niet. Hij adviseert de werkgever en de zieke werknemer bij re-integratie. Een Arbo-arts wordt ook wel een bedrijfsarts genoemd.

Zie bedrijfsarts.

ARBO-wet (arbeidsomstandigheden wet)

In de Arbo-wet staan richtlijnen voor werkgevers en werknemers om de gezondheid, veiligheid en welzijn van werknemers te bevorderen. De Arbowet verplicht werkgevers bijvoorbeeld om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE&E) te doen. Ook verplicht de Arbowet om arbeidsongevallen die hebben geleid tot de dood, blijvend letsel of een ziekenhuisopname, direct aan de Inspectie SZW te melden.

Asielzoeker

Een asielzoeker is een persoon die vindt dat hij niet veilig is zijn eigen land en om deze reden politiek asiel aanvraagt in een ander land waar hij denkt veiliger of beter te kunnen leven.

ATV (ArbeidsTijdVerkorting)

Als je wekelijks meer werkt dan de afgesproken arbeidsduur in de arbeidsovereenkomst en hierover ATV afspraken zijn gemaakt in de CAO of het bedrijfsreglement dan spreekt men van ATV. Bijvoorbeeld de CAO is 36 uur per week, maar de reguliere werkweek in de arbeidsovereenkomst is 40 uur per week. De extra gewerkte uren (ATV uren) mag een werknemer dan op een ander moment opnemen. Dit staat gelijk aan ADV (ArbeidsDuurVerkorting).

ATW (ArbeidsTijdenWet)

De ATW regelt werktijden, rusttijden, pauzes en nachtdiensten. Zo beschermt de Rijksoverheid werknemers tegen een te lange werkdag en helpt deze de combinatie van werk, privé en zorgtaken gemakkelijker maken. Ook bevat deze wet beschermingsmaatregelen voor onder andere vrouwen en jongeren.

Autoriteit Persoonsgegevens

De Autoriteit Persoonsgegevens is een zelfstandig bestuursorgaan dat toezicht houdt op de naleving van wettelijke regels voor bescherming van persoonsgegevens. Onder dit toezicht vallen diverse activiteiten, zoals onderzoek doen naar overtredingen van de wet en adviseren over nieuwe regelgeving met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens.

AV (Algemene Voorwaarden)

De Algemene Voorwaarden is een document waarin afspraken zijn opgenomen tussen flexonderneming en opdrachtgever. Bijvoorbeeld op het gebied van aansprakelijkheid en betalingen. Als de flexonderneming de opdrachtgever aan deze regels wil houden, dan moet aantoonbaar zijn dat de Algemene Voorwaarden aan de opdrachtgever zijn aangeboden. Dit kan door bijvoorbeeld door een handtekening voor ontvangst of een bevestiging van lezen en ontvangst per mail.

AVG (Algemene verordening gegevensbescherming)

Vanaf 25-05-2018 is de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van toepassing. Dit is de privacywetgeving die geldt in de hele Europese Unie. De AVG zorgt voor sterkere en uitgebreidere privacyrechten voor mensen waarvan gegevens worden verwerkt. Daarnaast moeten bedrijven over deze gegevensverwerking zelf aan kunnen tonen dat ze zich aan de wet houden. De Wet bescherming persoonsgegevens wordt hiermee vervangen.

AVV (Algemeen Verbindend Verklaard)

Dit is een besluit van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Als een CAO Algemeen Verbindend is verklaard, dan is deze van toepassing op alle werkgevers en werknemers die in deze bedrijfstak actief zijn. Dus ook de werkgevers die geen lid zijn van de CAO. De ABU CAO is Algemeen Verbindend verklaard. Dit kan voor een periode van maximaal 2 jaar.

AWGB (Algemene Wet Gelijke Behandeling)

De AWGB is een wet die bescherming biedt aan mensen die gediscrimineerd worden. Deze wet verbiedt onderscheid te maken op grond van: godsdienst, politiek, ras, geslacht, zwangerschap, nationaliteit, seksuele gerichtheid en burgerlijke staat. Bij overtredingen van deze wet kan melding gemaakt worden bij het College voor de Rechten van de Mens.

Basisregeling Stipp pensioen

De basisregeling van het Stipp pensioen is een onderdeel van de pensioenregeling voor flexwerknemers. De basisregeling is voor flexwerknemers van 21 jaar en ouder die tenminste 26 weken bij één flexonderneming hebben gewerkt. Dit hoeven geen 26 aaneengesloten weken te zijn.

De basisregeling duurt 52 gewerkte weken. Hierna start de Plus regeling. De premie van de basisregeling komt geheel voor kosten van de werkgever en is lager dan die van de plusregeling.

Bedrijfsarts

Een bedrijfsarts is een arts, meestal verbonden aan een Arbodienst, die beoordeelt of een zieke medewerker arbeidsgeschikt is om te werken of juist niet. Hij adviseert de werkgever en de zieke werknemer bij re-integratie. Een bedrijfsarts wordt ook wel een Arbo-arts genoemd.

Bedrijfseconomisch belang

Dit is een term die gebruikt wordt in het ontslagrecht. Er wordt ook wel gesproken van ontslag wegens bedrijfseconomische redenen. Om een ontslagvergunning bij het UWV aan te kunnen vragen wegens bedrijfseconomische redenen moet een organisatie aan kunnen tonen dat er minder werk is in het bedrijf door bijvoorbeeld: een verslechterde financiële situatie van het bedrijf, organisatorische veranderingen, verhuizing of (gedeeltelijke) bedrijfsbeëindiging.

Bedrijfsongevallen rapport

Dit is een rapport dat moet worden opgesteld door de werkgever als een werknemer een bedrijfsongeval heeft gehad. Dit is een wettelijke verplichting vanuit de Arbo- wet. In verband met de aansprakelijkheid in de uitzenddriehoek wordt vaak in de Algemene Voorwaarden opgenomen dat de opdrachtgever verplicht is dit ongevallenrapport te verstrekken aan de flexonderneming.

Beëindigingsovereenkomst

Dit is een schriftelijke overeenkomst tussen werkgever en werknemer als de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden wordt beëindigd. Er hoeft dan geen toestemming gevraagd te worden bij het UWV of de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. Een beëindigingsovereenkomst wordt ook wel vaststellingsovereenkomst genoemd.

Beloningsregeling ABU

Bij bepalen van het loon mag in afwijking op de inlenersbeloning, voor specifieke doelgroepen het ABU loongebouw worden gebruikt. Dit zijn salarisschalen in de ABU-cao, bedoeld voor flexwerknemers met een achterstand op de arbeidsmarkt, werknemers die van werk naar werk worden begeleid, niet indeelbare functies of flexwerknemers die overgaan naar fase C. Dit kan goedkoper uitvallen voor de flexonderneming of de opdrachtgever ten opzichte van de inlenersbeloning.

Beoordelingsgesprek

Dit is een gesprek tussen een werknemer en zijn leidinggevende. Hierin geeft de leidinggevende een oordeel over het functioneren van de medewerker (eenrichtingsverkeer). Dit gesprek kan bijvoorbeeld gevolgen hebben voor je salaris of aanstelling.

Bepaalbare duur

Dit is een tijdsaanduiding voor de duur van een arbeidsovereenkomst. In het geval van een arbeidsovereenkomst voor bepaalbare duur wordt er in de arbeidsovereenkomst geen einddatum opgenomen, maar wel een periode waarbinnen de arbeidsovereenkomst tot een einde komt. Dit einde kan bijvoorbeeld het voltooien van een project zijn.

 

Beroep en bezwaar

Indien je het niet eens bent met een besluit van een bestuursorgaan (bijvoorbeeld UWV), kan je bezwaar aantekenen tegen dit besluit. Ben je het niet eens met de beslissing op je bezwaar, dan kan je hiertegen in beroep gaan bij een rechtbank.

Beslagvrije voet

Dit is het minimumbedrag waarop je recht hebt om in je levensonderhoud te voorzien. Met dit minimumbedrag moet rekening gehouden worden bij het vorderen van bijvoorbeeld een loonbeslag of het verrekenen van een belastingschuld. De hoogte van de beslagvrije voet hangt af van o.a. het inkomen, de gezinssamenstelling en de bijstandsnorm.

Bewaarplicht

Voor sommige documenten in de administratie van een werkgever geldt een officiële bewaarplicht. Vanuit de Wet op de Identificatieplicht (WID) moet een werkgever een kopie van het ID bewijs bewaren in zijn administratie. Dit moet tot tenminste 5 jaar na einde van het dienstverband (en tot het einde van desbetreffende kalenderjaar). Deze bewaarplicht geldt ook voor de loonbelastingverklaring en eventuele Tewerkstellingsvergunning (TWV). Loongegevens moeten voor de belastingdienst tot 7 jaar na einde dienstverband worden bewaard.

BeZaVa wet (Wet Beperking Ziekte- en Aarbeidsongeschiktheid Vangnetters)

Het doel van deze wet is om flexwerknemers en mensen met een tijdelijk dienstverband die ziek zijn (ook wel vangnetters genoemd), weer sneller terug aan het werk te krijgen.

Dit doet deze wet door o.a. door:

  • Werkgevers een hogere premie te laten betalen als het aantal mensen met een tijdelijk dienstverband in de Ziektewet of WIA stijgt.
  • Het UWV na één jaar ziekte te laten beoordelen of iemand die zijn eigen werk niet meer kan doen, wel ander werk kan verrichten.
Bijstandsnorm

Dit is de hoogte van de Participatiewet uitkering (vroegere Bijstand). Deze uitkering is het vangnet van de sociale zekerheid in Nederland. Deze krijg je alleen als je niet zelf in je levensonderhoud kan voorzien. De hoogte is afhankelijk van je leefsituatie zoals gezinssamenstelling.

Bijzonder of buitengewoon verlof

Dit is een verlofsoort waarover in de wet geen regels zijn vastgesteld. Zoals bijvoorbeeld verhuizing, huwelijk en doktersbezoek. Het kan zijn dat hierover wel afspraken zijn gemaakt in CAO, bedrijfsreglement of arbeidsovereenkomst.

Dit wordt ook wel Kort verzuim en bijzonder verlof genoemd.

Bijzondere persoonsgegevens

Bijzondere persoonsgegevens zijn extra privacy-gevoelige gegevens. Zoals iemands godsdienst of levensovertuiging, ras, politieke gezindheid, gezondheid, seksuele geaardheid, lidmaatschap van een vakbond en strafrechtelijke gegevens.

Deze gegevens mogen volgens de AVG niet worden verwerkt, tenzij daarvoor bij wet een uitzondering is. Bijvoorbeeld: een flexonderneming is verplicht om een kopie ID door te sturen naar de opdrachtgever van een flexwerknemer van buiten de EU/EER. Dit is een verplichting vanuit de Wet Arbeid Vreemdelingen, ook al staan er op het ID-bewijs bijzondere persoonsgegevens.

Billijke vergoeding bij ontslag

Dit is een vergoeding in geld aan de werknemer bij ontslag. Deze kan worden toegekend naast de transitievergoeding door de kantonrechter als het ontslag van de werknemer het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalatigheid van de werkgever. Bijvoorbeeld als er vastgesteld wordt dat er sprake is van seksuele intimidatie door de werkgever. Dan is er een zo’n verstoorde arbeidsrelatie ontstaan dat er geen andere optie meer is dan ontslag.

BRP (Basisregistratrie Personen)

In de BRP registreert de overheid persoonsgegevens van natuurlijke personen in Nederland. Deze bevat persoonsgegevens van zowel ingezetenen als niet-ingezetenen. Alle overheidsinstellingen en bestuursorganen zoals de belastingdienst, zijn verplicht voor hun taken gebruik te maken van deze gegevens. Personen moeten zich laten uitschrijven als zij voor langer dan 8 maanden uit Nederland vertrekken.

Brug WW

Met de Brug-WW kan een werkzoekende zich bij een nieuwe werkgever laten omscholen met behoud van de WW uitkering. Hierdoor kan een werknemer zijn nieuwe baan combineren met de opleiding die nodig is voor deze baan. De werkgever hoeft alleen de gewerkte uren te betalen. De werknemer ontvangt WW over de opleidingsuren, maar heeft geen sollicitatieplicht meer.

BSN (Basisregistratie Persoonsgegevens)

Het BSN is een uniek persoonsnummer voor iedereen die ingeschreven staat in de Basisregistratie Persoonsgegevens (BRP). De overheid maakt gebruik van het BSN om persoonsgegevens te verwerken en op te zoeken.  Werkgevers hebben het BSN bijvoorbeeld nodig om loonbelasting voor werknemers af te kunnen dragen.  Tijdelijk in Nederland wonende werknemers kunnen ingeschreven worden in het RNI.

Zie ook RNI en BRP.

BW (Burgerlijk Wetboek)

Dit is het wetboek met alle geldende wetten in Nederland. In dit wetboek zijn de belangrijkste bepalingen opgenomen die gelden tussen burgers onderling. Dus ook tussen werknemers en werkgevers.

CAK (Centraal Adminitratie Kantoor)

Het CAK is een publieke dienstverlener die voor de overheid regelingen uitvoert. Het CAK ziet er bijvoorbeeld op toe dat mensen verzekerd zijn en blijven voor de Zorgverzekeringwet en de Wet Langdurige Zorg. Personen worden bij het CAK aangemeld door de zorgverzekeraar na een betaalachterstand van minimaal zes maandpremies. De maandpremie, verhoogd met boete, moet dan tijdelijk aan het CAK worden betaald. Men blijft dus wel verzekerd bij de eigen zorgverzekering (minimaal de basisverzekering).

Calamiteitenverlof

Dit is een vorm van verlof die kan worden opgenomen door een werknemer voor spoedeisende, onvoorziene of bijzondere persoonlijke omstandigheden. Bijvoorbeeld bij het springen van een waterleiding in het huis van de werknemer. Het calamiteitenverlof is kortdurend, zo lang als de duur van de calamiteit.

CAO (Collectieve Arbeids Overeenkomst)

Een collectieve arbeidsovereenkomst is een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd, zoals bijvoorbeeld in de ABU en NBBU CAO. Deze zijn overeengekomen door werkgevers- en werknemersorganisaties. Als iets niet in de CAO staat, dan geldt het Burgerlijk Wetboek. De CAO is een aanvulling op de wet en op de arbeidsovereenkomst.

CIZ (Centrum Indicatie-stelling Zorg)

Het CIZ onderzoekt of je in aanmerking komt voor zorg vanuit de Wet Langdurige Zorg (WLZ), als je intensieve zorg nodig hebt. Centrum Indicatie-stelling is een bestuursorgaan dat valt onder het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS).

Zie WLZ

CNV (Christelijk Nationaal Vakverbond)

CNV is een werknemersorganisatie die als doel heeft de belangen van mensen te behartigen op het gebied van werk en inkomen. Het CNV is een van de werknemerspartijen met wie de ABU CAO is afgesloten.

Zie Vakbonden.

Code 95

Deze code is verplicht om te mogen rijden met bepaalde voertuigen in het personen- en goederenvervoer. Je kan bijvoorbeeld denken aan vrachtwagenchauffeurs. Code 95 is een aanduiding op het rijbewijs bij een bepaalde voertuigcategorie en is te behalen bij het volgen van nascholing.

College voor de Rechten van de Mens

Het College voor de Rechten van de Mens houdt zich bezig met de mensenrechten in Nederland. Het ziet toe op de gelijke behandelingswetgeving en oordeelt in individuele gevallen of een persoon gediscrimineerd is op het werk, in het onderwijs of als consument. Een flexwerknemer kan bijvoorbeeld een melding doen bij het College als hij zich gediscrimineerd voelt.

Collegiaal in- en uitlenen

Het – zonder winstoogmerk – uitlenen of inhuren van personeel van een andere organisatie (bijvoorbeeld een andere flexonderneming). Dit is gunstig als de één een tekort aan personeel heeft en de ander goede vakmensen op de bank heeft zitten. In plaats van elkaar te beconcurreren, maken werkgevers hierdoor slim gebruik van elkaars positie. De WAADI is niet van toepassing op collegiaal in- en uitlenen, omdat dit zonder winstoogmerk gebeurt.

 

Concurrentiebeding

Een concurrentiebeding is een bepaling die opgenomen kan worden in een arbeidsovereenkomst. Het verbiedt de werknemer om na het einde van zijn arbeidsovereenkomst te concurreren met de werkgever door bijvoorbeeld dezelfde werkzaamheden uit te oefenen bij een ander bedrijf of als ondernemer. Op het overtreden van deze bepaling kan een boete staan. In een tijdelijke arbeidsovereenkomst kan geen concurrentiebeding worden opgenomen, mits er sprake is van zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. Een voorbeeld van een zwaarwegend belang kan zijn: een medewerker van Coca Cola die binnen zijn functie specifieke kennis heeft opgedaan over het geheime productieproces van Coca Cola en overstapt naar Pepsi Cola. Een concurrentiebeding mag wel worden opgenomen in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

Convenant ‘Beter aan het werk’

Het UWV en de flexbranche werken samen om het langdurig verzuim onder flexwerknemers terug te dringen. De afspraken hierover staan in het convenant ‘Beter aan het werk’. Het doel van deze samenwerking is het verlagen van het langdurig ziekteverzuim en het vergroten van de re-integratiemogelijkheden van flexwerknemers.

CRvB (Centrale Raad van Beroep)

De Centrale Raad van Beroep is een van de hoogste bestuursrechters in Nederland. Het oordeelt in hoger beroep over geschillen. Zoals bijvoorbeeld tegen een uitspraak van de rechtbank over een beslissing van het UWV.

Curator

Een curator is een persoon die door de rechter is aangewezen het beheer te voeren over het vermogen en de bezittingen van een persoon. Dit kan in geval van persoonlijk faillissement zijn (iemand kan niet meer aan zijn betalingsverplichtingen voldoen) of als iemand onder beschermingsbewind wordt gesteld, dan treedt een curator op als een soort voogd. Als een flexwerknemer een curator/ bewindvoerder heeft kan het zijn dat het loon hiernaar overgemaakt moet worden.

Dagloon

De hoogte van de uitkering van de werknemersverzekeringen (WW, ZW, WIA) wordt bepaalt door het dagloon. Het dagloon is wat een persoon gemiddeld per dag verdiende een jaar voorafgaand aan de uitkering. Is er een gedeelte van dit jaar niet gewerkt, dan valt het dagloon dus lager uit. Het UWV kijkt hiervoor naar het SV-loon.

Datalekken

We spreken van een datalek als persoonsgegevens in handen vallen van derden die geen toegang tot die gegevens zouden mogen hebben. Onder een datalek valt niet alleen het vrijkomen (lekken) van de gegevens, maar ook onrechtmatige verwerking van deze gegevens. Voorbeelden van datalekken zijn: kopie van ID-bewijs op het bureau bij het raam laten liggen, kwijtraken van USB stick of laptop of een hack op het netwerk van je organisatie. Vanuit de AVG ben je als organisatie verplicht een ernstige datalek te melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens.

DBA (Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties)

Deze wet regelt de arbeidsrelatie tussen een ZZP’er en een opdrachtgever en gaat schijnzelfstandigheid tegen. Een opdrachtgever en ZZP’er kunnen zich vrijwaren van het aangaan van een arbeidsrelatie, en dus het betalen van loonheffingen, middels een door de belastingdienst getoetste modelovereenkomst. Dit moet ervoor zorgen dat de ZZP’er niet als werknemer wordt gezien. De Wet DBA vervangt de VAR per 1 mei 2016. Op dit moment wordt de Wet DBA niet gehandhaafd, omdat het in de praktijk leidde tot minder opdrachten voor ZZP’ers. Het nieuwe kabinet gaat op zoek naar een alternatief voor de Wet DBA.

Zie Wet DBA

Deeltijdcontract

Een arbeidsovereenkomst waarbij het aantal uren per week minder is dan de gebruikelijke voltijds werkweek (van 36, 38 of 40 uur).

Deskundigen- oordeel UWV

Dit is een oordeel over de re-integratie van een werknemer. Als werknemer en/of werkgever het niet eens zijn over de re-integratie bij ziekte, kan bij het UWV een onafhankelijk deskundigenoordeel worden aangevraagd. Dit is een advies, geen beslissing.

Detacherings- overeenkomst

Dit is een uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd binnen de ABU cao. Ook wel een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding genoemd. Dit kan voorkomen in fase A, B, C.

Dienstbetrekking

Ander woord voor dienstverband. Dit is een arbeidsrelatie met arbeidsovereenkomst.

Discrimineren, direct onderscheid

Direct onderscheid is een vorm van discriminatie waarin een verwijzing zit naar een van de kenmerken in de Algemene Wet Gelijke Behandeling:

  • geslacht
  • leeftijd
  • godsdienst
  • levensovertuiging
  • politieke gezindheid
  • ras
  • nationaliteit
  • seksuele gerichtheid
  • handicap of chronische ziekte
  • burgerlijke staat
  • vast of tijdelijke arbeidsovereenkomst
  • voltijd of deeltijd werken.

Bijvoorbeeld als in een vacature gezocht wordt naar 17-jarige vakkenvullers. Hier wordt direct onderscheid gemaakt op leeftijd.

Discrimineren, indirect onderscheid

Dit is onderscheid is op grond van andere factoren dan de kenmerken in de Algemene Wet Gelijke Behandeling. Deze vorm van discriminatie heeft wel onderscheid op een van deze kenmerken tot gevolg:

  • geslacht
  • leeftijd
  • godsdienst
  • levensovertuiging
  • politieke gezindheid
  • ras
  • nationaliteit
  • seksuele gerichtheid
  • handicap of chronische ziekte
  • burgerlijke staat
  • vast of tijdelijke arbeidsovereenkomst
  • voltijd of deeltijd werken.

Bijvoorbeeld als er in een vacature voor kassamedewerkers wordt gevraagd om scholieren. Hierdoor is de vacature alleen gericht op jongeren onder de 20 die parttime beschikbaar zijn en sluit je moeders die ouder zijn en ook graag parttime willen werken uit. Hierdoor wordt indirect onderscheid gemaakt op leeftijd.

Doelgroep banenafspraak

In de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten is afgesproken dat regering en werkgevers 125.000 extra banen creëren voor mensen met ziekte of handicap tot het jaar 2026. De bedoeling is dat zij zoveel mogelijk kunnen werken bij ‘gewone’ werkgevers, die hiervoor subsidiemogelijkheden kunnen krijgen. In het doelgroepregister staan gegevens van personen die onder de banenafspraak vallen. UWV beheert dit register.

Doelgroepregister

Dit is een landelijk register, waarin alle mensen staan die vallen onder de banenafspraak. Met de gegevens uit het doelgroepregister kan het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid controleren of werkgevers de afgesproken banen creëren voor mensen met een arbeidsbeperking. Werkgevers kunnen met het Burgerservicenummer van de werknemer zien of ze in het doelgroepregister staan opgenomen en of de werknemer dus meetelt voor de banenafspraak. Via Mijn UWV kan iedereen zelf de opname in het doelgroepregister controleren.

Doelgroep-verklaring oudere werknemer

Om een loonkostenvoordeel voor een oudere werknemer (56+) te krijgen is een doelgroepverklaring nodig. In deze verklaring staat dat de werknemer een WW- of bijstandsuitkering had op de dag voordat hij in dienst kwam. Deze verklaring kan je aanvragen bij UWV (WW) of de gemeente (bijstand). Voorheen was dit de mobiliteitsbonus.

Doorlenen

Doorlenen betekent dat een flexwerknemer door de opdrachtgever wordt uitgezonden bij een derde partij. Jouw flexwerknemer gaat dus bij een opdrachtgever werken via een andere opdrachtgever of flexonderneming die hier ook marge voor vraagt.

Draaideur-constructie

Dit is een term uit het opvolgend werkgeverschap. Er is sprake van een draaideurconstructie als een werknemer na 3 tijdelijke arbeidsovereenkomsten niet in vaste dienst wordt genomen, maar bijvoorbeeld via een flexonderneming aan het werk wordt gesteld in dezelfde functie bij hetzelfde bedrijf. Hierdoor probeert de werkgever de werknemer in dienst te houden en de ontslagbescherming van de werknemer te beperken of te omzeilen. De term is dus een metafoor voor de handelswijze van de werkgever.

Driehoeks-verhouding

De driehoeksverhouding staat voor de relatie tussen de flexonderneming, flexwerknemer en opdrachtgever. De flexonderneming stelt de flexwerknemer ter beschikking aan de opdrachtgever om daar werk te verrichten.

Dringende redenen ontslag

Om een werknemer op staande voet te kunnen ontslaan moet er sprake zijn van een ‘dringende reden’. Voorbeelden zijn frauduleuze handelingen, misleiding, diefstal en bedreiging. De dringende reden moet de werknemer worden medegedeeld en ontslag op staande voet moet onverwijld (direct, zonder uitstel) gegeven worden.

DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs)

DUO is de uitvoeringsorganisatie van de overheid voor het onderwijs. DUO voert de Wet Studiefinanciering uit.

EER (Europese Economische Ruimte)

De EER bestaat uit alle landen van de Europese Unie, aangevuld met Noorwegen, IJsland en Liechtenstein (+ Zwitserland). De landen binnen de EER profiteren van het vrije verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal.

ERD (WGA) Eigen Risico Drager (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten)

Als werkgever kan je er voor kiezen Eigen Risico Drager te zijn voor de WGA. Hierdoor draag je zelf het risico voor de arbeidsongeschiktheid van je medewerkers. De betaling van de WGA-uitkering (onderdeel van WIA) en de re-integratie kosten komen dan voor rekening van de werkgever en verlopen niet via het UWV. Het voordeel hiervan is dat je als werkgever minder aan arbeidsongeschiktheidspremies betaald.

ERD (ZW) Eigen Risico Drager (Ziektewet)

Als werkgever kan je er voor kiezen Eigen Risico Drager te zijn voor de Ziektewet. Hierdoor draag je zelf het risico voor de arbeidsongeschiktheid van je medewerkers. De betaling van de ZW-uitkering en de re-integratie kosten komen dan voor rekening van de werkgever en verlopen niet via het UWV. Het voordeel hiervan is dat je als werkgever minder aan ziektewetpremies betaalt.

Erkend referent

Een referent is een persoon, bedrijf, school of organisatie die belang heeft bij de overkomst van een vreemdeling. Hij heeft rechten (kan verblijfsaanvragen indienen) en plichten (informatie- en administratieplicht over wijzigingen). Daarnaast is de referent verantwoordelijk voor de terugkeer van de vreemdeling naar het land van herkomst. Een organisatie is verplicht zich door de IND te laten erkennen als erkend referent als zij een verblijfsvergunning aan wil vragen voor au pair, uitwisseling, studie, kennismigrant en onderzoeker. Een erkend referent kan gebruik maken van een snellere procedure.

EU (Europese Unie)

EU-landen: België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Groot-Brittannië, Hongarije, Ierland, Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Zweden.

Europese blauwe kaart

De Europese blauwe kaart is een werk- en verblijfsvergunning voor hoogopgeleide arbeidsmigranten van buiten de Europese Unie. De belangrijkste criteria zijn een hoge salarisdrempel en diploma-eis. Met de Europese blauwe kaart kan je in beperkte mate veranderen van werkgever en of werkland binnen de EU.

EU-verblijfskaartvergunning voor langdurig ingezetene’ (type V).

Het document ‘Duurzaam verblijf burgers van de Unie’ wordt verstrekt aan vreemdelingen uit landen van de Europese Unie (EU) of Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland die 5 jaar of langer ononderbroken rechtmatig in Nederland verblijven. Dit geldt ook voor familie- of gezinsleden van een persoon die de nationaliteit heeft van één van de EU-/EER-landen of Zwitserland, maar zelf een andere nationaliteit hebben. Er geldt geen beperking voor arbeid.

Dit document dient iedere vijf jaar te worden vernieuwd.

Expat

Een expat is een persoon die tijdelijk in een land werkt met een andere cultuur dan waar hij of zij in is opgegroeid. Onder expats verstaan we meestal hoogopgeleide mensen. Het verblijf in het buitenland kan permanent zijn, maar is over het algemeen tijdelijk. Expats worden vaak door hun werk naar het buitenland gezonden.

Fasensysteem

De rechtspositie van een flexwerknemer wordt uitgedrukt in het fasensysteem. Zowel de ABU als de NBBU CAO maken hier gebruik van. De fase waarin de uitzendovereenkomst valt is afhankelijk van het aantal weken dat een flexwerknemer voor een flexonderneming heeft gewerkt. Hoe langer er gewerkt wordt, hoe meer rechten de flexwerknemer opbouwt.

Flexwet

Populaire benaming van de Wet Flexibiliteit en Zekerheid. De Wet flexibiliteit en zekerheid (Flexwet) stamt uit 1999. Werkgevers kregen door deze wet meer mogelijkheden om flexibele arbeidskrachten aan te trekken. Tegelijkertijd zorgde deze wet voor meer zekerheden en een betere rechtspositie voor flexwerknemers.

De WWZ (Wet werk en zekerheid) uit 2015 is de opvolger van deze wet.

FNV Flex (Federatie Nederlands Vakverbond)

Is een werknemersorganisatie die staat voor een eerlijke verdeling van werk, welzijn, welvaart en macht. De FNV is een van de werknemerspartijen met wie de ABU CAO is afgesloten.

Formulier A1/ certificate of coverage

Dit is een Europees formulier waarmee een werknemer die buiten Nederland werkt aan kan tonen dat hij in Nederland verzekerd is voor bijvoorbeeld AOW, Anw, ziekte, ziektekosten, kinderbijslag en werkloosheid, zodat hij hier aanspraak op kan maken.

Functionerings-gesprekken

Een functioneringsgesprek is een gestructureerd gesprek tussen een medewerker en diens leidinggevende met als doel het functioneren van de werknemer en de onderlinge samenwerking te verbeteren. Functioneringsgesprekken worden meestal jaarlijks gevoerd.

 

GBA (Gemeentelijke BasisAdministratie)

Dit is een bestand van persoonsgegevens bij Gemeenten van alle ingezetenen in Nederland. Dit bestand dient als basis voor de hele overheid. De GBA is in 2014 vervangen door de BRP. Zie BRP.

Geaccrediteerde inspectie-instellingen SNA

Het SNA keurmerk is het keurmerk voor alle flexondernemingen en (onder)aannemers van werk op basis van twee NEN-normen. NEN 4400-1 (Nederlandse ondernemingen) en NEN 4400-2 (buitenlandse ondernemingen). Het doel is om de risico’s voor opdrachtgevers die voortvloeien uit de huidige wetgeving (zoals de Wet Keten en Inlenersaansprakelijkheid) te beperken. Dit wordt gecontroleerd door onafhankelijke inspectie-instellingen. De SNA zelf houdt toezicht op deze instellingen.

Gebodsbepalingen (WAADI)

Er zijn 2 geboden in de WAADI:

– Gelijke behandeling: de flexwerknemer moet gelijk worden behandeld als de vaste medewerker in een vergelijkbare functie bij de opdrachtgever op het gebeid van beloning, gebruik van kantine, kinderopvang, vervoersfaciliteiten en het melden van interne vacatures.

– Informatieveiligheid: De flexwerknemer moet geïnformeerd worden over de arbeidsomstandigheden op de werkvloer.

Gelijke Behandeling (art. 1 Grondwet)

Iedereen in Nederland moet gelijk worden behandeld. Je mag dus niet mensen of bepaalde groepen uitsluiten. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, leeftijd, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, of op welke grond dan ook is niet toegestaan.

Gemoeds- bezwaarde

Iedereen in Nederland moet verplicht verzekerd zijn voor volksverzekeringen, werknemersverzekeringen of de zorgverzekeringswet. Een gemoedsbezwaarde heeft vanwege een bepaalde levensovertuiging bezwaar tegen elke vorm van verzekering. Bijvoorbeeld iemand wiens levensovertuiging is dat zijn lot al vast staat, wil zich niet verzekeren. Je kan hiervoor bij de SVB een ontheffing aanvragen.

Geprivilegieerden-document

Dit is een verblijfsdocument bestemt voor vreemdelingen die werkzaam zijn voor een ambassade of consulaire post en is tevens bestemd voor familieleden van deze vreemdelingen. Het is ook geldig als Nederlands identiteitsbewijs. Arbeid is met dit document toegestaan.

Getuigschrift

Een getuigschrift is een document dat een werknemer mee kan krijgen bij zijn vertrek. In een getuigschrift wordt omschreven hoe een werkgever vindt dat een werknemer heeft gepresteerd. Het is bedoeld als aanbeveling bij een nieuwe baan. Wanneer een werknemer daarom vraagt moet de werkgever een getuigschrift verschaffen. Er dienen in ieder geval de soort functie en de lengte van het dienstverband te staan.

Goed werkgeverschap/goed werknemerschap

De bredere betekenis van goed werkgeverschap is dat je goed voor je werknemers zorgt. Bijvoorbeeld door te zorgen voor een goede werk-privé balans, een passend salaris en een veilige werkomgeving. De wet verplicht de werkgever om zich als een “goed werkgever” te gedragen. Bij het aantonen dat een werkgever geen “goed werkgever” is geweest, moet je aan kunnen tonen dat de werkgever een of meerdere punten niet in acht heeft genomen: zorgvuldigheidsbeginsel, motiveringsbeginsel, vertrouwensbeginsel, evenredigheidsbeginsel en gelijkheidsbeginsel. Hier is sprake van als bijvoorbeeld een werkgever na jaren een bonusregeling ineens stop zet of als de werkgever bij ontslag op staande voet geen onderzoek heeft gedaan.

G-rekening (Geblokkeerde bankrekening)

Een G-rekening is een geblokkeerde rekening die de flexonderneming beschikbaar kan stellen voor de opdrachtgever. Hier kan de opdrachtgever een deel van de factuur op storten voor het afdragen van de loonbelasting en premies sociale verzekeringen. Alleen de Belastingdienst heeft toegang tot deze rekening. Hierdoor kan de opdrachtgever het risico op aansprakelijkheid voor deze afdrachten op grond van de Wet Keten en Inlenersaansprakelijkheid beperken.

Grensarbeider

Een grensarbeider is een persoon die dagelijks de landsgrenzen oversteekt om te kunnen werken of min. 1 keer per week naar huis terugkeert. De thuislocatie en de werklocatie van de arbeider liggen in 2 verschillende landen. Voor Nederland is dit bijvoorbeeld de Belg en de Duitser. De arbeider behoort tot de sociale zekerheid van het land waar hij tewerkgesteld is.

GSD (Gemeentelijke Sociale Dienst)

Gemeentelijk orgaan dat belast is met de uitvoering van de sociale zekerheidswetten Participatiewet en IOAW.

GVVA (Gecombineerde Vergunning Verblijf en Arbeid)

Voor buitenlandse werknemers die langer dan 3 maanden in Nederland komen werken kun je als werkgever de GVVA aanvragen. De GVVA is een vergunning die de verblijfsvergunning en de tewerkstellingsvergunning, die nodig zijn voor het verrichten van arbeid (TWV), combineert in één vergunning. De werkgever of buitenlandse werknemer (buiten EU/EER) hoeft dus nog maar één vergunning aan te vragen bij de IND.

Harde (Objectieve selectiecriteriaobjectieve) selectiecriteria

Harde selectiecriteria zijn functie-eisen die meetbaar en controleerbaar zijn op basis van het CV. Zoals het opleidingsniveau, aantal jaren werkervaring of bezit van een rijbewijs. Dit wordt ook wel Objectieve selectiecriteria genoemd.

HBO (Hoger Beroeps Onderwijs)

Beroepsgericht onderwijs dat gevolgd kan worden op een hogeschool na het behalen van een MBO- of HAVO diploma of hoger. Naast overdracht van vak theoretische kennis zijn HBO opleidingen primair gericht op de ontwikkeling van vaardigheden die nauw aansluiten op de beroepspraktijk.

Heffingskortingen

Een heffingskorting is een korting op de te betalen inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen.  Hierdoor betaal je minder belasting en premies. Welke heffingskorting je ontvangt hangt af van je persoonlijke situatie. Een voorbeeld hiervan is de arbeidskorting. Deze wordt toegepast door een werkgever op het loon van een werknemer en kan je terugvinden op de loonstrook en jaaropgave.

Herplaatsings-inspanningen

De flexonderneming is verplicht passend en vervangend werk te zoeken wanneer het werk weg valt in een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding, maar met loondoorbetalingsverplichting. Zoals bijvoorbeeld in fase B of C bij ABU en 3 of 4 bij NBBU. Er moet dan een herplaatsingsgesprek met de flexwerknemer plaatsvinden. Zolang er geen passend en vervangend werk is aangeboden heeft de flexwerknemer recht op het terugvalloon volgens de ABU en volgens de NBBU op het laatst verdiende loon.

Huisvestings-normen

Dit zijn minimum eisen waar huisvesting van arbeidsmigranten aan moet voldoen. Deze worden beschreven in de ABU-cao. Voor NBBU-leden is de uniforme huisvestingsnorm opgenomen als toelatingseis om lid te mogen worden.

ID-bewijzen (Identiteitsbewijzen)

Dit zijn documenten waaruit de identiteit van een persoon blijkt. Geldige ID-bewijzen zijn:

Een geldig paspoort of Identiteitskaart (ook voor vreemdelingen uit de EU-EER) en het Vreemdelingendocument.

Een rijbewijs is wel een identiteitsbewijs, maar omdat hier geen nationaliteit op staat is dit geen geldig bewijs bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst.

IND (Immigratie en Naturalisatiedienst)

De IND is een uitvoeringsorganisatie van de overheid en onderdeel van het Ministerie Justitie en Veiligheid. De IND voert het vreemdelingenbeleid vastgesteld door de overheid uit. Het behandelt asielaanvragen en bepaalt of er verblijfsvergunningen worden afgegeven. In de praktijk kan je te maken krijgen met de IND als zij bijvoorbeeld een controle op een (werk) locatie uitvoeren.

Indirect onderscheid

Dit is onderscheid is op grond van andere factoren dan de kenmerken in de Algemene Wet Gelijke Behandeling. Deze vorm van discriminatie heeft wel onderscheid op een van deze kenmerken tot gevolg:

  • geslacht
  • leeftijd
  • godsdienst
  • levensovertuiging
  • politieke gezindheid
  • ras
  • nationaliteit
  • seksuele gerichtheid
  • handicap of chronische ziekte
  • burgerlijke staat
  • vast of tijdelijke arbeidsovereenkomst
  • voltijd of deeltijd werken.

Bijvoorbeeld als er in een vacature voor kassamedewerkers wordt gevraagd om scholieren. Hierdoor is de vacature alleen gericht op jongeren onder de 20 die parttime beschikbaar zijn en sluit je moeders die ouder zijn en ook graag parttime willen werken uit. Hierdoor wordt indirect onderscheid gemaakt op leeftijd.

Ingezetene

Een ingezetene is een Nederlander die in Nederland woont of een vreemdeling die tijdelijk voor een periode van 4 maanden of langer in Nederland woont of gaat wonen. Voorwaarde is dat zij staan ingeschreven in de BRP Basisregistratie Personen.

Inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekerings-wet

Dit is een percentage van het bruto-inkomen. Iedereen van 18 jaar en ouder die beschikt over een inkomen is dit percentage verschuldigd voor de basisverzekering van de Zorgverzekeringswet. Indien je in loondienst werkt of een uitkering hebt wordt de bijdrage vergoed door de werkgever of uitkeringsinstantie.

De zorgverzekeringen in Nederland worden betaald door de verzekerde zelf d.m.v. een verzekeringspremie en door een inkomensafhankelijke bijdrage ZvW.

Inlener

Dit is de werkgever die een flexonderneming opdracht geeft om een flexwerknemer te werven en/of ter beschikking te stellen. Met de inlener worden afspraken gemaakt over o.a. de duur van de opdracht, werklocatie en uurtarief. Deze afspraken worden vastgelegd in een opdrachtovereenkomst. De inlener is de feitelijk werkgever en heeft leiding en toezicht op de werkvloer. Een inlener wordt ook wel een opdrachtgever genoemd.

Inlenersaansprakelijkheid

Een opdrachtgever kan aansprakelijk gesteld worden voor de afdracht van loonbelasting en sociale premies als de flexonderneming deze niet betaalt. Dit niet betalen kan veroorzaakt worden door bijvoorbeeld faillissement, maar ook als het een malafide bureau betreft die op deze manier lage tarieven aanbiedt. De opdrachtgever kan het risico van deze aansprakelijkheid beperken door zaken te doen met een NEN 4400-1 gecertificeerd bureau of door een deel van de factuur te storten op de G-rekening.

Inlenersbeloning

Dit is de beloningsregeling die geldt voor werknemers werkzaam in vaste dienst bij de opdrachtgever. Flexwerknemers die werken in dezelfde of gelijkwaardige functie als hun collega’s in vaste dienst bij de opdrachtgever hebben recht op dezelfde beloning. De inlenersbeloning volg je niet op alle punten, alleen het loon, ADV, toeslagen, initiële loonsverhogingen, periodieken en kostenvergoedingen vallen hieronder. Deze beloning moet worden toegepast vanaf de eerste dag dat de flexwerknemer gaat werken bij de opdrachtgever.

Inspectie SZW

Dit is de inspectiedienst van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze dienst houdt toezicht op de naleving van regelgeving op het gebied van arbeidsomstandigheden, gevaarlijke stoffen, illegale tewerkstelling, beloning, etc. Dit ministerie houdt ook toezicht op de wetten: WML, WAADI, Arbowet, ATW, WAV en WAS, maar ook op naleving van cao’s. In de praktijk kan jouw flexonderneming of de opdrachtgever een controle krijgen van de Inspectie SZW. Voorheen was dit de Arbeidsinspectie.

Intraconcern uitzenden

Wanneer een flexwerknemer niet werkt voor, maar bij de flexonderneming zelf, spreekt men van intraconcern uitzenden. Op intraconcern uitzenden met gebruikmaking van de uitzendfaciliteit geldt een verbod. Een flexwerknemer moet namelijk ‘ter beschikking worden gesteld aan een derde’ en die ‘derde’ mag geen onderdeel zijn van hetzelfde concern. Een flexwerknemer in fase A (ABU), 1 of 2 (NBBU) laten werken bij de eigen flexonderneming mag dus niet.

Intraconcern detacheren (fase B of C ABU en 3 of 4 NBBU) mag wel.

Inzage- en correctierecht

Dit is een recht van een werknemer uit de WBP. Per mei 2018 wordt de WBP vervangen door de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). In de Algemene Verordening Gegevensbescherming valt dit onder het recht op vergetelheid.

IOAW (Inkomensvoor-ziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werkloze werknemers)

Een IOAW-uitkering is een uitkering voor werkloze ouderen tussen de 50 en de 60 jaar met een arbeidsverleden, die anders in de Participatiewet terecht zouden komen. De IOAW voorkomt dat ouderen eerst hun eigen vermogen moeten opmaken, zoals in de Participatiewet door de vermogenstoets. Vanwege hun leeftijd komt deze doelgroep minder snel weer aan een baan om dit vermogen aan te vullen. Sinds de invoering van de WIA vallen arbeidsongeschikte werknemers niet meer onder de IOAW. De naam is echter wel behouden.

IOAZ (wet Inkomens-voorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen)

Een IOAZ-uitkering is een uitkering voor werkloze oudere zelfstandigen tussen de 55 en de AOW leeftijd, die anders in de Participatiewet terecht zouden komen. De IOAZ voorkomt dat ouderen eerst hun eigen vermogen moeten opmaken, zoals in de Participatiewet door de vermogenstoets. Vanwege hun leeftijd komt deze doelgroep minder snel weer aan een baan om dit vermogen aan te vullen.

IOW (Inkomensvoor-ziening Oudere Werkloze werknemers)

Een IOW-uitkering is een uitkering voor werkloze ouderen tussen 60 jaar en de AOW leeftijd met een arbeidsverleden, die anders in de Participatiewet terecht zouden komen. De IOW voorkomt dat ouderen eerst hun eigen vermogen moeten opmaken, zoals in de Participatiewet door de vermogenstoets. Daarnaast komt deze doelgroep nog minder snel weer aan een baan dan de IOAW’ers.

IVA regeling (Inkomensvoor-ziening Volledig Arbeids-ongeschikten)

De IVA is een uitkering die valt onder de WIA. Je komt in de WIA terecht als je na 2 jaar ziekte nog steeds volledig en langdurig arbeidsongeschikt bent. Je hebt mogelijk recht op een IVA uitkering als je voor minder dan 20% arbeidsgeschikt bent. Dit houdt in dat je niet of nauwelijks kan werken en er maar een kleine kans op herstel is.

Jaaropgave (jaaropgaaf)

De jaaropgave is een overzicht waarin loongegevens en ingehouden loonheffing staan. Deze kan gebruikt worden bij de jaarlijkse aangifte inkomstenbelasting. Na beëindiging van een kalenderjaar moet een werkgever de jaaropgave verplicht verstrekken aan een werknemer.

Jareneis WW

Dit is een voorwaarde van de WW uitkering die de duur van de uitkering bepaalt. De jareneis houdt in dat je in de 5 jaar voorafgaand aan jouw werkloosheid, tenminste 4 kalenderjaren gewerkt moet hebben. Om in aanmerking te komen voor de jareneis moet eerst voldaan zijn aan de wekeneis.

Justis

Screeningsautoriteit van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Justis screent personen en organisaties door informatie op te halen uit exclusieve bronnen en deze te analyseren. Hierdoor kunnen zij een oordeel vormen over de integriteit van personen en organisaties. Bij Justis kan bijvoorbeeld een VOG worden aangevraagd.

Kantonrechtersformule

De kantonrechtersformule is een richtlijn die in het verleden is opgesteld voor het bepalen van de hoogte van de zogenaamde ontbindingsvergoeding.

Na de invoering van de Wet Werk en Zekerheid is hiervoor de wettelijke transitievergoeding in de plaats gekomen.

Kennismigrant

Kennismigranten zijn vreemdelingen van buiten de EU/ EER. Zij worden om hun wetenschappelijke kennis naar Nederland gehaald om arbeid in loondienst te verrichten. Een TWV is in dit geval niet nodig als er aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Er geldt wel een salariseis en de werkgever moet een erkend referent zijn.

Ketensysteem

Zie Periode- en ketensysteem.

Kiesrecht OR

Om deel uit te mogen maken van de ondernemingsraad van een bedrijf of een lid van de Ondernemingsraad te mogen kiezen, moet een werknemer een bepaalde periode werkzaam zijn voor de organisatie.

Zie actief of passief kiesrecht.

KIWA Register (KIWA is geen afkorting, maar een merknaam)

Uitzendondernemingen die chauffeurs uitzenden in het beroepsgoederenvervoer dienen een aanwijzingsbeschikking te hebben van het Ministerie van IenW. Deze moet worden aangevraagd bij KIWA Register.

Kort verzuim en buitengewoon verlof

Dit is een verlofsoort voor werknemers waaronder bijvoorbeeld verhuizing, huwelijk en doktersbezoek vallen. Over deze vorm van verlof zijn in de wet geen regels vastgelegd. Het kan zijn dat hierover wel afspraken zijn gemaakt in CAO, bedrijfsreglement of arbeidsovereenkomst.

Dit wordt ook wel Bijzonder of buitengewoon verlof genoemd.

Kortdurend zorgverlof

Deze vorm van verlof kan je opnemen als werknemer als je een ernstig ziek persoon in jouw directe omgeving moet verzorgen. Hieronder vallen (pleeg)kinderen, (groot)ouders, partner, broer/zus, kleinkind of vrienden en bekenden. Duur van dit verlof is max. 2 weken per 12 maanden. Het is een betaald verlof, min. 70% van het loon, maar tenminste het wettelijk minimum loon (afwijking bij cao is mogelijk).

Kostendelersnorm

De kostendelersnorm is een onderdeel van de Participatiewet. Dit houdt in dat als de aanvrager van de uitkering een woning deelt met meerdere volwassenen, de bijstandsuitkering (Participatiewet) daarop wordt aangepast. Hoe meer volwassen personen in het huis wonen, hoe lager de uitkering. De reden hiervoor is dat als er meer personen in een huis wonen, de woonkosten kunnen worden gedeeld.

Kostprijs

De kostprijs is een onderdeel van het tarief. Dit is wat het een flexonderneming kost om een flexwerknemer uit te zenden. De kostprijs wordt berekend om het tarief op te kunnen bouwen en bestaat uit de volgende elementen:

  • loon van de flexwerknemer
  • werkgeverslasten, afdracht premies werknemersverzekeringen
  • werkgeversheffing ZVW
  • cao-verplichtingen (zoals reserveringen, wachtdagcompensatie, pensioen).
Kostprijsfactor

Dit is het getal waarmee het bruto uurloon wordt vermenigvuldigd om de kostprijs te berekenen. Vaak zijn er binnen een organisatie 2 kostprijsfactoren. Een voor Administratieve en Medische functies (AM) en een voor de Industriële en Technische functies (IT).

Kraamverlof

Kijk: geboorteverlof

KvK (Kamer van Koophandel)

De Kamer van Koophandel registreert bedrijven officieel en ondersteunt en informeert ondernemers over alle aspecten van het ondernemerschap. De voornaamste taak is het houden van het handelsregister.

Flexondernemingen zijn verplicht om zich in te schrijven bij de KvK.

Langdurend zorgverlof

Dit verlof kan je opnemen als werknemer als je een ernstig ziek persoon in jouw directe omgeving moet verzorgen. Hieronder vallen  (pleeg)kinderen, (groot)ouders, partner, broer/zus, kleinkind of vrienden en bekenden. De duur van dit verlof is max. 6 weken per 12 maanden. Het is een onbetaalde vorm van verlof.

LB (Loonbelasting)

Iedereen die in loondienst is en een vast uurloon ontvangt moet loonbelasting betalen. Dit hoef je niet zelf te doen, maar wordt door je werkgever afgedragen aan de belastingdienst. De hoogte is afhankelijk van de hoeveelheid loon die je per maand ontvangt.

LBV (Landelijke Belangen Vereniging)

De LBV is een werknemersorganisatie die de belangen van werknemers, werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden behartigt. De LBV is een van de werknemerspartijen met wie de ABU en de NBBU CAO is afgesloten.

Zie Vakbonden.

Leegloop

We spreken van leegloop als er tijdelijk geen werk is voor een flexwerknemer met een uitzendovereenkomst gebaseerd op een vast aantal uren. Dit is dus een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding en met loondoorbetalingsverplichting.

Legitimatiebewijs

Dit is een document waarmee een persoon kan aantonen dat hij ergens terecht aanspraak op maakt. Bijvoorbeeld: met een pinpas legitimeert iemand zich bij de betaalautomaat als de houder van een rekening. Een OV-chipkaart zegt dat iemand houder is van een geldig reisrecht. Ambtenaren die belast zijn met toezicht of opsporing dragen verplicht een legitimatiebewijs. Een legitimatiebewijs is niet hetzelfde als een identiteitsbewijs. Een identiteitsbewijs zegt iets over wie deze persoon is (persoonsgegevens en kenmerken).

Letselschade

Letselschade of Letsel is de lichamelijke en geestelijke (immateriële) schade die een mens ondervindt als hij of zij bij een ongeval betrokken is. In Nederland heeft uitsluitend de gewonde recht op vergoeding van zijn of haar letselschade indien een ander aansprakelijk is. Letselschade kan je in de praktijk tegenkomen als er sprake is van een ongeval op de werkvloer bij een opdrachtgever met een flexwerknemer.

LIV (Lage InkomensVoordeel)

Het LIV is een subsidie voor werkgevers in de vorm van een jaarlijkse tegemoetkoming in de loonkosten voor werknemers met een laag loon. Dit kan oplopen tot €2.000 per werknemer per jaar. Het LIV hoef je niet aan te vragen, maar wordt door het UWV berekend op basis van de loonaangifte voor werknemers.

LKV (LoonKosten- Voordeel)

Dit is een tegemoetkoming in de loonkosten voor werkgevers. Vanaf 2018 wordt de systematiek van premiekortingen vervangen door loonkostenvoordelen (LKV). Dit komt in de vorm van een vast bedrag per verloond uur dat achteraf wordt uitbetaald aan de werkgever. Er zijn vier soorten loonkostenvoordelen:

  • Het LKV oudere werknemer: voor werknemers vanaf 56 jaar die uit een uitkeringssituatie komen.
  • Het LKV arbeidsgehandicapte werknemer: voor werknemers met ziekte of een handicap
  • Het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer: voor werknemers uit de WIA
  • Het LKV doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden voor mensen die in het doelgroepregister banenafspraak en mensen met een scholingsbelemmering.
Loonbeslag

Bij loonbeslag wordt door een schuldeiser beslag gelegd op het salaris of de uitkering van een werknemer. Dit is meestal het geval als deze niet langer aan zijn financiële verplichtingen kan of weigert te voldoen. Het loonbeslag wordt door een deurwaarder uitgevoerd. Gaat het om een overheidsorgaan dan is tussenkomst van een deurwaarder niet nodig. De werkgever wordt schriftelijk op de hoogte gesteld van het loonbeslag en is verplicht hier gehoor aan te geven. De werkgever dient tijdens het beslag het loon tot het bedrag van de zogenoemde beslagvrije voet aan de werknemer uit te betalen. Dit is 90% van de voor die persoon geldende bijstandsnorm.

Loondienst

Als je in loondienst bent werk je voor een werkgever en houdt deze belasting in op jouw loon. Meestal is er ook sprake van een arbeidsovereenkomst.

Loondispensatie Wajong

Bij loondispensatie Wajong betaalt de werkgever tijdelijk minder loon aan een werknemer met een Wajong-uitkering. Dit is een compensatie in de kosten voor de werkgever, omdat deze werknemer minder aankan dan andere werknemers. Het UWV vult het loon van de Wajonger dan aan tot maximaal het bedrag dat hij ontving voordat hij bij de werkgever ging werken. Deze loondispensatie moet aangevraagd worden bij UWV.

Loonheffing

Loonheffing is een verzamelnaam van loonbelasting en premies volksverzekeringen. Dit is een voorheffing van de inkomstenbelasting. Deze wordt ingehouden door de werkgever op je loon en kan je terugvinden op de loonstrook en jaaropgave.

Loonkostenvoordeel Arbeidsgehandicapte werknemer

Dit is een tegemoetkoming voor werkgevers in de loonkosten van arbeidsgehandicapte werknemers die aan bepaalde voorwaarden voldoen. Het doel van deze regeling is werkgevers te motiveren deze groep meer in dienst te nemen of te houden. Het voordeel kan oplopen tot max €6000.- per jaar. Dit komt in de vorm van een vast bedrag per verloond uur dat achteraf wordt uitbetaald.

Loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden

Dit is een tegemoetkoming voor werkgevers in de loonkosten van personen met een ziekte of handicap die geregistreerd staan bij het UWV in het doelgroep banenafspraak register. Het doel van deze regeling is werkgevers te motiveren deze groep meer in dienst te nemen of te houden. Het voordeel kan oplopen tot max €2000.- per jaar. Dit komt in de vorm van een vast bedrag per verloond uur dat achteraf wordt uitbetaald.

Loonkostenvoordeel herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer

Dit is een tegemoetkoming voor werkgevers in de loonkosten voor het herplaatsen van personen uit de WIA. Het doel van deze regeling is werkgevers te motiveren deze groep meer in dienst te nemen of te houden. Het voordeel kan oplopen tot max €6000.- per jaar. Dit komt in de vorm van een vast bedrag per verloond uur dat achteraf wordt uitbetaald.

Loonkostenvoordeel oudere werknemer

Dit is een tegemoetkoming voor werkgevers in de loonkosten van personen tussen de 56 jaar en AOW leeftijd die in een uitkering zitten. Het doel van deze regeling is werkgevers te motiveren deze groep meer in dienst te nemen of te houden. Het voordeel kan oplopen tot max €6000.- per jaar. Dit komt in de vorm van een vast bedrag per verloond uur dat achteraf wordt uitbetaald.

Loonsanctie

Een loonsanctie is een strafmaatregel die het UWV een werkgever kan opleggen. Dit gebeurt wanneer het UWV van mening is dat een werkgever onvoldoende heeft gedaan om de werknemer te re-integreren in het kader van de Wet verbetering poortwachter. Daarbij kan het gaan om de inhoud van de re-integratie, maar ook dat simpelweg niet de juiste formulieren zijn ingevuld of ingeleverd. De straf voor de werkgever kan oplopen tot een jaar verplicht loon doorbetalen na een periode van 2 jaar ziekte.

Marge

Marge is een onderdeel van het tarief. De marge is het verschil tussen wat het kost om een flexwerknemer uit te zenden (de kostprijs) en het tarief. Marge bestaat uit:

  • kosten hoofdkantoor en vestigingen
  • salaris van de medewerkers
  • winst
Maximum dagloon

Om te berekenen hoe hoog de uitkering voor een van de werknemersverzekeringen wordt (WW, ZW, WIA), kijkt het UWV naar het dagloon. Aan het dagloon is een maximumbedrag verbonden, dit is het maximumdagloon. Deze kan je vinden op de site van het UWV.

MBO (Middelbaar BeroepsOnderwijs)

Het MBO is een Nederlandse onderwijsvorm en leidt studenten op voor een beroep. Het bestaat uit 4 niveaus met verschillende toelatingseisen en duur van de opleiding. MBO niveau kan een functie-eis zijn die de opdrachtgever voor een bepaalde vacature stelt.

Mededingingswet

De mededingingswet is een wet ter bescherming van eerlijke concurrentie. Het is verboden om afspraken te maken die de concurrentie beperken. Het is bijvoorbeeld niet toegestaan dat flexondernemingen onderling prijsafspraken met elkaar maken voor een opdrachtgever met als doel andere flexondernemingen hierdoor buiten spel te zetten. Het ACM houdt toezicht op de mededingingswet.

Meldplicht datalekken

De meldplicht datalekken is onderdeel van de privacy-wetgeving AVG. Het houdt in dat organisaties direct een melding moeten doen bij de Autoriteit Persoonsgegevens zodra zij een ernstig datalek constateren. Op het moment dat persoonsgegevens verloren raken of onrechtmatig worden verwerkt spreekt men van een datalek. Onder een datalek valt dus niet alleen het vrijkomen (lekken) van gegevens, maar ook onrechtmatige verwerking van gegevens. Voorbeelden van datalekken zijn: een kwijtgeraakte USB-stick met persoonsgegevens, een gestolen laptop of een inbraak in een databestand door een hacker.

Minimale betaling bij oproep

Oproepkrachten hebben recht op een minimale betaling van 3 uur per oproep indien er aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. De voorwaarden zijn:

Er is die week minder dan 15 uur gewerkt en geen sprake van vaste werktijden (rooster).

OF

Er zijn geen vaste afspraken over het aantal uren dat gewerkt wordt (nulurencontract)

Mobiliteitsbonus

De mobiliteitsbonus is vervangen door het loonkortingsvoordeel oudere werknemer en loonkortingsvoordeel arbeidsgehandicapte werknemer.

MOE-landen (EU-lidstaten uit Midden- en Oost-Europa)

Voormalige oostblok landen uit Midden- en Oost-Europa: Bulgarije, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen, Roemenië, Tsjechië, Slowakije, Slovenië.

MoMi (Modern Migratiebeleid)

De wet Modern Migratiebeleid is een wet die er voor zorgt dat Nederland uitnodigend is voor migranten waar economisch behoefte aan is en beperkend is voor anderen. In deze wet is onder andere geregeld dat het mogelijk is een gecombineerde vergunning voor toegang en verblijf aan te vragen en dat een migrant over een referent in Nederland moet beschikken. In de praktijk kan je dit tegenkomen als je een vreemdeling van buiten de EU aan het werk wilt stellen.

Zie Wet MoMi

MUP arbeidsovereenkomst (Met Uitgestelde Prestatieplicht)

Dit is een vorm van een arbeidsovereenkomst waarin een oproepclausule is opgenomen. De werknemer is pas verplicht arbeid te verrichten als hij hiertoe opgeroepen wordt. De werkgever hoeft alleen loon uit te betalen als er een oproep is gedaan en deze is aanvaard. Voorbeelden van een MUP contract zijn een nul-urencontract en een min-max contract.

 

MVV (Machtiging Voorlopig Verblijf)

Een MVV is een visum voor migranten van buiten de EU/EER dat toestemming geeft om naar Nederland te komen. De reden hiervoor kan zijn studie, werk of gezinshereniging. Een MVV moet worden aangevraagd bij een Nederlandse ambassade of consulaat in het land van herkomst. Je moet in het bezit zijn van een MVV voordat je een verblijfsvergunning of TWV kan aanvragen.

Naturapolis ZVW

Een naturapolis is een vorm van een zorgverzekering. Bij een naturapolis betaalt jouw zorgverzekeraar direct de zorgkosten, maar alleen van zorgverleners waarmee je verzekeraar een contract heeft. Ga je naar een ongecontracteerde zorgverlener, dan moet meestal een deel van de rekening zelf worden betaald.

Nawerking Ziektewet

De Nawerking Ziektewet is een regeling uit de ziektewet. Een werknemer blijft volgens deze regeling nog 4 weken verzekerd tegen het risico van ziekte of arbeidsongeschiktheid na afloop van de arbeidsovereenkomst. Hij kan dus alsnog in aanmerking voor een ZW-uitkering komen. In de praktijk komt het voor dat een flexwerknemer belt om zich na afloop van zijn uitzendovereenkomst ziek te melden.

NBBU (Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen)

Is een werkgeversorganisatie in de flexbranche die zich o.a. bezighoudt met Cao-onderhandelingen, belangenbehartiging en het versterken van het ondernemerschap van zijn (MKB)leden in de flexbranche.

NEN (Nederlandse Norm)

De NEN is een non-profitorganisatie die in Nederland gezamenlijke en toetsbare afspraken maakt over producten, werkwijzen of diensten. In de flexbranche kennen we dit als de norm NEN 4400-1 (Nederlandse ondernemingen) en NEN 4400-2 (buitenlandse ondernemingen).

NEN 4400-1

Dit is de kwaliteitsnorm voor flexondernemingen in Nederland die is opgesteld door de NEN organisatie in samenwerking met de overheid en de flexbranche. Er wordt o.a. gecontroleerd op afdracht van loonheffingen en omzetbelasting, loonbetaling volgens de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en identiteitscontrole flexwerknemers. Als een opdrachtgever zaken doet met een NEN gecertificeerde flexonderneming, dan is deze beter beschermd tegen fraude, claims en boetes die voortvloeien uit een wettelijke verplichtingen.

NEN 4400-2

Dit is de kwaliteitsnorm voor buitenlandse organisaties die uitzenden in Nederland. Deze norm is opgesteld door de NEN organisatie in samenwerking met de overheid en de flexbranche. Er wordt o.a. gecontroleerd op afdracht van loonheffingen en omzetbelasting, loonbetaling volgens de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en identiteitscontrole flexwerknemers. Als een opdrachtgever zaken doet met een NEN gecertificeerde flexonderneming, dan is deze beter beschermd tegen fraude, claims en boetes die voortvloeien uit een wettelijke verplichtingen.

 

Niet-indeelbaar ABU loongebouw groep

De groep niet-indeelbaar is een onderdeel van het ABU loongebouw. Tot deze groep behoort de flexwerknemer die niet ingedeeld kan worden in het loongebouw bij de opdrachtgever volgens de inlenersbeloning. Bijvoorbeeld een schoonmaakster die bij een advocatenkantoor gaat werken die niet ingedeeld kan worden in de reguliere loonschalen van het advocatenkantoor. In dit geval mag je gebruik maken van de beloning volgens het ABU loongebouw.

No-risk polis

De No-risk polis is een regeling die stimuleert dat werkgevers gedeeltelijk arbeidsgeschikten in dienst nemen of houden. Door gebruikmaking van de no-riskpolis moet niet de werkgever, maar het UWV het loon doorbetalen tijdens ziekte van werknemers uit de doelgroep van de banenafspraak. Dit zijn mensen die door hun arbeidsbeperking niet zelf het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. O.a. mensen in de ZW, WIA en e Wajong. De No-risk polis geldt voor een periode van 5 jaar.

De No-risk polis wordt ook wel looncompensatie bij ziekte genoemd.

Objectieve (harde) selectiecriteria

Objectieve selectiecriteria zijn functie-eisen die meetbaar en controleerbaar zijn op basis van het CV. Zoals het opleidingsniveau, aantal jaren werkervaring of bezit van een rijbewijs. Dit worden ook wel harde selectiecriteria genoemd.

Onbelaste vergoedingen

Onbelaste vergoedingen zijn kosten die een werknemer maakt, om zijn werk goed uit te kunnen voeren, die vrijgesteld zijn van belasting. Deze kosten mogen, als de werkgever er voor kiest deze te vergoeden, onbelast worden vergoed. Voorbeelden hiervan zijn o.a. reiskosten en studiekosten. Dit valt onder de Werkkostenregeling van de belastingdienst.

Onderbrekingsregels

Dit is een regel uit het arbeidsrecht. Hiermee wordt bedoeld de periode tussen 2 arbeidsovereenkomsten waarin de werknemer niet werkzaam is voor dezelfde werkgever. Bijvoorbeeld door vakantie of werkzaamheden voor een andere werkgever. Is de regel doorbroken, dan vervallen de opgebouwde rechten van de werknemer en begint de opbouw van rechten opnieuw. Bijvoorbeeld bij het Periode- en Ketensysteem: is de onderbreking tussen 2 arbeidsovereenkomsten langer dan 6 maanden? Dan mag een werkgever opnieuw beginnen met tellen. Deze onderbrekingsregel geldt ook voor het fasensysteem, opvolgend werkgeverschap en de transitievergoeding.

Ontbinding arbeidsovereenkomst door Kantonrechter

Een kantonrechter kan een arbeidsovereenkomst ontbinden op verzoek van werkgever of werknemer. Dit is alleen mogelijk in geval van disfunctioneren. De werkgever moet dan goed kunnen onderbouwen waarom ontbinding wenselijk is door middel van dossieropbouw.

Ontslag op staande voet

Dit betekent dat de arbeidsovereenkomst per direct wordt beëindigd door de werkgever op basis van bepaalde voorwaarden. Een werknemer kan alleen op staande voet ontslagen worden als er een hele dringende reden is. Bijvoorbeeld diefstal, grove belediging, fraude, mishandeling, werkweigering en zonder overleg vakantie opnemen. Ontslag op staande voet moet onverwijld (direct) geven worden. Hierbij moet ook de reden voor het ontslag worden gegeven. In de flexbranche betekent dit dat ontslag op staande voet toegepast moet worden zodra je van deze dringende reden op de hoogte bent als flexonderneming.

Ontslagregels payrolling

Dit betekent dat bij ontslagen om bedrijfseconomische redenen een opdrachtgever ook payrollkrachten mee moet nemen in het afspiegelingsbeginsel (de volgorde van ontslagen). Hierdoor krijgen payrollmedewerkers dezelfde ontslagbescherming als vaste medewerkers.

Ontslagvergoeding

Dit is de regeling die gold voor de komst van de transitievergoeding. Het was een financiële vergoeding ter compensatie van de negatieve gevolgen van ontslag. Dit werd in overleg met of door de rechter vastgesteld. De hoogte van deze vergoeding werd meestal berekend aan de hand van de kantonrechtersformule.

Door de invoering van de WWZ heeft iedere werknemer na beëindiging van een dienstverband van min. 24 maanden, recht op een transitievergoeding van de werkgever.

Ontslagvergunning

Een ontslagvergunning is een toestemming voor ontslag van een werknemer door het UWV aan een werkgever. Als werkgever kan je een ontslagvergunning aanvragen bij het UWV voor ontslag om bedrijfseconomische redenen of langdurige arbeidsongeschiktheid. Als de werkgever een arbeidsovereenkomst voortijdig opzegt zonder ontslagvergunning is dit niet geldig volgens de wet.

Opdrachtgever

Dit is de werkgever die een flexonderneming opdracht geeft om een flexwerknemer te werven en/of ter beschikking te stellen. Met de opdrachtgever worden afspraken gemaakt over o.a. de duur van de opdracht, werklocatie en uurtarief. Deze afspraken worden vastgelegd in een opdrachtovereenkomst. De opdrachtgever is de feitelijk werkgever en heeft leiding en toezicht op de werkvloer.

Opvolgend werkgeverschap

Opvolgend werkgeverschap is een begrip uit het arbeidsrecht. Het betekent dat je als nieuwe werkgever in sommige gevallen de arbeidshistorie en daarmee de opgebouwde rechten van de werknemer over moet nemen. Dit kan invloed hebben op de contracttelling (ketenregeling), proeftijd, transitievergoeding en de opzegtermijn. Er is alleen sprake van opvolgend werkgeverschap als een werknemer binnen 6 maanden een nieuwe werkgever krijgt en zo goed als hetzelfde werk blijft doen, bij hetzelfde bedrijf.

In de praktijk kom je dit bijvoorbeeld tegen als je een nieuwe flexwerknemer uitzendt naar een bedrijf waar hij in het afgelopen half jaar al heeft gewerkt in dezelfde functie. In dit geval ben jij de nieuwe en dus opvolgend werkgever, want de flexwerknemer gaat werken bij hetzelfde bedrijf en gaat dezelfde werkzaamheden verrichten als voorheen.

Opzeggen arbeidsovereenkomst

Het opzeggen van een arbeidsovereenkomst is een manier om de arbeidsovereenkomst vroegtijdig te beëindigen. Zowel de werknemer als de werkgever kan een arbeidsovereenkomst opzeggen. De werknemer moet hierbij de opzegtermijn uit de overeenkomst in acht nemen. De werkgever heeft hiervoor een ontslagvergunning nodig van het UWV waarna ook rekening gehouden moet worden met de opzegtermijn.

Opzegverboden

Dit zijn situaties waarin een werknemer is beschermd tegen ontslag. De werkgever mag dan de arbeidsovereenkomst niet opzeggen. Opzegverboden zijn o.a.:

  • tijdens ziekte (korter dan 2 jaar)
  • tijdens zwangerschap en tijdens zwangerschaps- en bevallingsverlof
  • tijdens lidmaatschap OR/personeelsvertegenwoordiging.
OR (OndernemingsRaad)

Dit is een inspraak- en medezeggenschapsorgaan binnen een organisatie. Een OR bestaat uit werknemers die namens het personeel overleg voeren met de werkgever over het ondernemingsbeleid en de personeelsbelangen. Als in een onderneming 50 of meer werknemers (ook flexwerknemers) werken, is de werkgever verplicht een ondernemingsraad in te stellen.

Orgaandonor

Wanneer een persoon één van zijn organen afstaat voor transplantatie is hij orgaandonor. Het loon wordt tijdens de arbeidsongeschiktheid door het UWV uit de Ziektewet betaald.

ORT (Onregelmatigheidstoeslag)

Dit is een toeslag die een werknemer op zijn brutoloon krijgt wanneer deze op onregelmatige tijden moet werken. De toeslag is vaak geregeld in een CAO en kan een vaste vergoeding zijn of berekend worden op basis van de gewerkte uren.

Ouderschapsverlof

Deze regeling is bedoeld om ouders de mogelijkheid te geven tijdelijk minder te gaan werken om voor hun kind te zorgen. Dit verlof kan opgenomen worden per kind tot de leeftijd van 8 jaar. Het verlof is maximaal 26 keer de arbeidsduur per week. Ouderschapsverlof is een wettelijke regeling uit de WAZO.

Outplacement

Het opvangen, begeleiden en adviseren van een of meer werknemers die om welke reden dan ook ontslagen worden en deze te helpen bij het vinden van een nieuwe betrekking. Hier kan door een organisatie gebruik van worden gemaakt bij individueel ontslag of een reorganisatie en is op kosten van de werkgever.

Overeenkomst aanneming van werk

Dit is een vorm van een overeenkomst tot arbeid, maar is geen arbeidsovereenkomst. Hierbij spreekt de ene partij af werk van stoffelijke aard (iets dat je aan kan raken) te verrichten voor de andere partij. Bijvoorbeeld een aannemer die de badkamer komt verbouwen.

Overeenkomst van opdracht

Dit is een vorm van een overeenkomst tot arbeid, maar is geen arbeidsovereenkomst. Hierbij spreekt de ene partij af een dienst te verrichten voor de andere partij. Bijvoorbeeld een makelaar die je helpt bij de aankoop van een woning.

Overgangsrecht

Het overgangsrecht is een wet die de overgang van een oude naar een nieuwe wet regelt. Hierin wordt uitgelegd in welke gevallen de oude of de nieuwe wet moet worden toegepast.

Overlijdensuitkering

Als een werknemer komt te overlijden hebben nabestaanden recht op een overlijdensuitkering. De werkgever is verplicht 1 bruto maandsalaris netto uit te keren. In het geval van een overeenkomst met uitzendbeding keert het UWV deze uitkering uit, zij krijgen automatisch bericht van het overlijden vanuit de BRP.

Overwerk

Overwerk is het werk dat een werknemer verricht buiten de reguliere werktijd, zoals bepaald in de arbeidsovereenkomst. Hier kan een vergoeding tegenover staan, deze staat dan omschreven in de CAO of bedrijfsreglement. Voor een flexwerknemer valt overwerk onder de inlenersbeloning. Je bent dus verplicht de vergoeding voor overwerk toe te passen zoals omschreven staat in de CAO van de opdrachtgever.

OV-jaarkaart

Dit is een reisproduct voor het openbaar vervoer speciaal voor studenten. Dit is Studentenreisproduct geworden.

Participatiewet

Deze wet biedt ondersteuning bij het vinden van werk en regelt een bijstandsuitkering voor mensen die weinig of geen ander inkomen hebben. Iedereen die kan werken, maar het zonder ondersteuning niet redt op de arbeidsmarkt valt hieronder. Dit is het sluitstuk van het sociaal zekerheidsstelsel. De Participatiewet is een onderdeel van het sociale zekerheidsstelsel en valt onder de sociale voorzieningen. De Participatiewet wordt uitgevoerd door de gemeenten.

Passend vervangend werk

Dit is een term die gebruikt wordt als een flexwerknemer in de leegloop zit of tijdens re-integratie. Als de opdracht van een flexwerknemer met een uitzendovereenkomst met loondoorbetalingsverplichting is geëindigd is de flexonderneming verplicht ander werk aan te bieden. Dit werk moet passend vervangend werk zijn. Dit betekent dat het werk maximaal 2 functieniveaus lager dan het oorspronkelijke werk mag zijn en met dezelfde gemiddelde arbeidsomvang. Werk met hogere arbeidsduur per week is passend en vervangend tot een max. van 4 extra uren per week.

Passief kiesrecht OR

Passief kiesrecht houdt in dat je als werknemer gekozen kan worden om deel te nemen aan de OR. Passief kiesrecht bij de OR van de flexonderneming zelf verwerft de flexwerknemer na 26 gewerkte weken + 6 maanden in dienst zijn. Passief kiesrecht bij de OR van de opdrachtgever verwerft de flexwerknemer als hij 3 jaar bij dezelfde opdrachtgever werkzaam is via de flexonderneming.

Payrolling

Bij payrolling geeft een opdrachtgever de verantwoordelijkheid voor zijn werkgeverschap uit handen en komt het personeel in dienst van de payroll onderneming. Het personeel blijft wel werkzaam binnen het bedrijf van de opdrachtgever. Hierdoor kan het bedrijf gebruik maken van de voordelen van de uitzendwetgeving.

PBM (Persoonlijke Beschermings-Middelen)

Persoonlijke beschermingsmiddelen zijn middelen die gebruikt worden voor beroepen waar risico’s aan verbonden zijn. Bijvoorbeeld een helm, veiligheidsschoenen of gehoorbescherming. Deze middelen zijn bedoeld om letsel en lichamelijke schade te voorkomen. Volgens de Arbowet moeten persoonlijke beschermingsmiddelen gratis worden verstrekt door werkgevers aan werknemers, je mag wel een borg vragen voor het gebruik.

Pensioenopbouw

Door deel te nemen aan een pensioenregeling via een werkgever en premie te betalen wordt pensioen opgebouwd voor een werknemer. Hierdoor krijg je als gepensioneerde werknemers een aanvullende uitkering bovenop de AOW-uitkering. Alle werkgevers in de uitzend-, payroll- en/of detacheringsbranche zijn verplicht aangesloten bij het pensioenfonds van de StiPP.

Periode- en ketensysteem

Dit is een wettelijk systeem binnen het arbeidsrecht voor reguliere werkgevers. Werkgevers mogen in maximaal 2 jaar, maximaal 3 tijdelijke arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd afsluiten. Hierna zijn zij verplicht een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd aan te bieden. Perioden van 6 maanden of korter tussen 2 tijdelijke overeenkomsten tellen mee voor de totale duur van 2 jaar. Is de onderbreking langer dan 6 maanden, dan mag je de telling van contracten opnieuw vanaf het begin toepassen.

Plaatsingsfee 50+

Is vervangen door loonkostenvoordeel oudere werknemer.

Plusregeling Stipp pensioen

De plusregeling van het Stipp pensioen is een onderdeel van de pensioenregeling voor flexwerknemers. De plusregeling start verplicht na 78 gewerkte weken en is voor flexwerknemers van 21 jaar en ouder. De premie van de plusregeling is hoger dan die van de basisregeling. De flexwerknemer betaalt een derde van de premie zelf, de rest betaalt de werkgever.

POP (Persoonlijk OntwikkelingsPlan)

Een POP is een ontwikkeltraject tussen werknemer en werkgever. Hierin staat in welke richting je zou willen ontwikkelen en welke stappen er nodig zijn om je werk goed te doen.

Premiegroepen Uitzendbedrijven

Een van de premies werknemersverzekeringen die een werkgever moet betalen is de sectorpremie voor de WW. Deze premie wordt bepaald al naar gelang de hoogte van de werkloosheid in deze sector. Voor de uitzendbedrijven is deze sectorpremie onderverdeeld in premiegroepen afhankelijk van de soort activiteit waar de organisatie zich mee bezig houdt.

Er zijn 5 premiegroepen:

  • IA = Administratief/ Medische functies met beding
  • IIA =Technische of overige functies met beding
  • IB en IIB = Administratief/ Medische en Technische of overige functies functies zonder beding
  • Intermediaire diensten = ter beschikking stellen van uitzendpersoneel (intercedenten, vestigingsmanagers enz)
  • Detachering = arbeidskrachten werkzaam bij uitzendbedrijven die niet vallen onder bovenstaande groepen.

Binnen de branche spreken we grofweg van groep I en II, vandaar dat er binnen de meeste bedrijven 2 kostprijzen zijn die van deze premiegroepen te herleiden zijn.

Premiekorting

Is per 2018 vervangen door Loonkostenvoordeel (LKV).

Premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer

Is per 2018 vervangen door Loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak.

Premiekorting in dienst nemen/houden van werknemer met WIA

Is per 2018 vervangen door Loonkostenvoordeel arbeidsbeperkte werknemer en Loonkostenvoordeel herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer.

Premiekorting oudere werknemer

Is per 2018 vervangen door Loonkostenvoordeel oudere werknemer.

Proefplaatsing

Met een proefplaatsing kan een persoon in de WW 2 maanden werken bij een werkgever met behoud van zijn uitkering na toestemming van het UWV. De werkgever hoeft dan geen loon te betalen. Een proefplaatsing is bedoeld voor mensen met een WIA, Wajong, WW of ZW uitkering. Via een flexonderneming is dit alleen toegestaan als kan worden aangetoond dat de opdrachtgever op de hoogte is dat de werknemer met behoud van uitkering werkt.

Proeftijd

Een proeftijd kan worden opgenomen in de eerste arbeidsovereenkomst van langer dan 6 maanden. Het is een periode waarin werkgever en werknemer kunnen kijken of ze bij elkaar passen. In deze periode mogen beide partijen op elk moment de arbeidsovereenkomst beëindigen. In tijdelijke arbeidsovereenkomsten langer dan 6 maanden en korter dan 2 jaar mag max. 1 maand proeftijd worden opgenomen. In overeenkomsten van langer dan 2 jaar of voor onbepaalde tijd mag een proeftijd van 2 maanden opgenomen worden.

Quotumwet

In de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten is afgesproken dat de regering en werkgevers tot het jaar 2026, 125.000 extra banen creëren voor mensen met ziekte of handicap. De bedoeling is dat zij zoveel mogelijk kunnen werken bij ‘gewone’ werkgevers, die hiervoor subsidiemogelijkheden kunnen krijgen. In het doelgroepregister staan gegevens van personen die onder de banenafspraak vallen. UWV beheert dit register. Als je als werkgever van 25 medewerkers of meer je quotum niet haalt moet je gaan betalen voor de niet opgevulde werkplekken. Dit is de quotumheffing.

Recht op inzage

Recht uit de AVG: Werknemers hebben het recht om de persoonsgegevens die van hen verzameld zijn in te zien en inzicht te krijgen in welke persoonsgegevens verwerkt zijn. Je mag bijvoorbeeld als werknemer eisen om je personeelsdossier in te zien, of de registratie van je ziekteverzuim te bekijken.

Recht op gegevenswissing (vergetelheid)

Recht uit de AVG: Op verzoek van de werknemer moeten gegevens verwijderd worden als deze niet langer nodig zijn voor het doel waarvoor zij verwerkt worden. Bijvoorbeeld: Een flexwerknemer wil niet langer door jou bemiddeld worden en vraagt om verwijdering van zijn of haar inschrijfgegevens.

Recht op rectificatie

Recht uit de AVG: Een werknemer heeft het recht om gegevens te corrigeren als deze niet juist of actueel zijn (rectificatie). Dit kan letterlijke correctie zijn als een geboortedatum niet juist staat geregistreerd. Ook een correctie met betrekking tot de registratie over je functioneren valt hieronder. Bijvoorbeeld: je treft in je personeelsdossier een verslag van een functioneringsgesprek, waar je het niet mee eens bent. Dan heb je het recht om jouw eigen versie aan het personeelsdossier toe te voegen.

Rechtsvermoedens

Dit is een term uit het arbeidsrecht. Het betekent dat er een vermoeden kan bestaan dat er recht is op een arbeidsovereenkomst OF dat er een recht bestaat op de arbeidsomvang (aantal gewerkte uren per week).

Rechtsvermoeden arbeidsovereenkomst: het vermoeden dat een werknemer recht heeft op een arbeidsovereenkomst, zodra er drie maanden wekelijks arbeid is verricht of minimaal 20 uur per maand.

Rechtsvermoeden arbeidsomvang: het vermoeden dat een werknemer recht heeft op meer uren per week dan in zijn arbeidsovereenkomst staat vermeld. Hier is sprake van als hij de afgelopen drie maanden gemiddeld meer heeft gewerkt dan de afgesproken uren per week in zijn arbeidsovereenkomst zonder dat dit van tevoren is afgesproken.

Ook een flexwerknemer kan beroep doen op het rechtsvermoeden.

Referent (vreemdelingen)

Dit is de persoon of organisatie die belang heeft bij de overkomst van een vreemdeling naar Nederland. Bij het verblijfsdoel arbeid, is de werkgever de referent. Hij heeft rechten (kan verblijfsaanvragen indienen) en plichten (informatie- en administratieplicht over wijzigingen). Daarnaast is de referent verantwoordelijk voor de terugkeer van de vreemdeling naar het land van herkomst.

Referentiecheck

Hierbij doe je navraag over het functioneren van een sollicitant bij de door hem opgegeven contactpersoon als referentie. Dit kan een eerdere werkgever of onderwijsinstelling zijn. Het is niet toegestaan zonder het medeweten van de sollicitant inlichtingen op te vragen. Werkgevers kunnen ook een referentie opvragen van een flexwerknemer. Het is niet toegestaan een negatieve referentie te geven.

Referenties

Met betrekking tot een sollicitatie– of selectieprocedure is een referentie: het noemen van een contactpersoon bij een eerdere werkgever of onderwijsinstelling door een sollicitant. Door de toekomstig werkgever kan navraag worden gedaan bij deze personen over het functioneren van de sollicitant. Het is niet toegestaan een negatieve referentie af te geven.

Registratieplicht voor flexondernemingen

Vanuit de Waadi zijn flexondernemingen verplicht zich te registreren in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel. Hierdoor heeft de overheid beter inzicht in de wijze waarop arbeidskrachten te werk worden gesteld en kan fraude beter opgespoord worden.

Re-integratiemiddelen

Re-integratiemiddelen of subsidies zijn financiële voordelen voor een werkgever bij het te werk stellen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zoals arbeidsongeschikten. Het doel is deze groep weer aan het werk te helpen. Voorbeelden van re-integratiemiddelen zijn:

  • No-risk polis
  • Loonkostenvoordeel
  • Subsidie meerkosten (bijvoorbeeld aanpassing werkplek).
Relatiebeding

Dit is een bepaling die opgenomen kan worden in een arbeidsovereenkomst. Volgens deze bepaling mag de werknemer na beëindiging van de arbeidsovereenkomst geen (commerciële) contacten onderhouden met relaties van de werkgever. Het relatiebeding wordt gezien als een bijzondere vorm van een concurrentiebeding en mag net als het concurrentiebeding niet worden opgenomen in een tijdelijke arbeidsovereenkomst zonder dat er sprake is van zwaarwegende bedrijfsbelangen.

Reserveringen flexwerknemers

Een reservering is een percentage bovenop het loon. Dit wordt opgespaard door de flexonderneming voor de vergoeding van vakantiegeld, vakantie-uren, feestdagen en kort verzuim of bijzonder verlof van de flexwerknemer.

Restitutiepolis ZVW

Een restitutiepolis is een vorm van een zorgverzekering. Bij een restitutiepolis wordt de zorg bij elke zorgaanbieder vergoed, ook de niet gecontracteerden. Ga je naar een ongecontracteerde zorgverlener, dan moet je vaak wel de rekening voorschieten. Deze kan later bij de zorgverzekeraar worden gedeclareerd.

RI&E (Risico-Inventarisatie en Evaluatie)

Een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) is een lijst met mogelijke gezondheid- en veiligheidsrisico’s die in een bedrijf voor kunnen komen. Het is een middel ter bevordering van veilig en gezond werken uit de Nederlandse Arbeidsomstandighedenwet. Als flexonderneming dien je over de RI&E van de opdrachtgever te beschikken. Op basis van deze informatie informeer je flexwerknemers over de omstandigheden die zij aan kunnen treffen op de werkvloer.

RNI (Register Niet-Ingezetenen)

Het RNI is een onderdeel van de Basisregistratie Persoonsgegevens. Mensen die niet in Nederland wonen, maar wel een relatie hebben met Nederlandse Overheidsinstellingen kunnen zich hierin laten inschrijven om een BSN te ontvangen. Dit kunnen mensen zijn die tijdelijk in Nederland werken of korter dan 4 maanden in Nederland wonen.

Schijnconstructies

De term schijnconstructie wordt gebruikt voor de verschillende toepassingen die werkgevers bedenken om regels te ontduiken, met als doel de kosten zo laag mogelijk te houden. Een voorbeeld van een schijnconstructie door een werkgever is het doen van een uitbetaling onder het minimumloon door middel van onduidelijke inhoudingen op het loon. De inspectie SZW kan op basis van de WAS (Wet Aanpak Schijnconstructie) deze schijnconstructies aanpakken.

Scholingsvoucher 50+

Dit was een tijdelijke subsidie in 2016 voor scholing van een 50+ werknemer met een WW-uitkering.

Scholingsvoucher kansberoep

De scholingsvoucher is een subsidie voor een opleiding of training waarmee je je kunt laten opleiden in de richting van een kansberoep. Er zijn alleen nog scholingsvouchers beschikbaar voor mensen werkzaam in de langdurige zorg.

Second opinion

Een second opinion is een tweede oordeel over de staat van arbeidsgeschiktheid van een werknemer tijdens ziekte. Een werknemer kan een second opinion aanvragen bij een andere arts als hij het niet eens is met het oordeel van de bedrijfsarts over zijn arbeidsgeschiktheid.

Selectiecriteria

Dit is een maatstaf waarmee de geschiktheid van een sollicitant beoordeeld wordt tijdens het werving en selectieproces. Er zijn objectieve en subjectieve selectiecriteria.

Servicepunt Flex

Servicepunt Flex is het kenniscentrum voor medewerkers uit de flexbranche en van het UWV. Het beantwoordt vragen op het gebied van de samenwerking tussen deze partijen. Bijvoorbeeld als je vragen hebt over subsidiemogelijkheden en regelingen. Het doel van deze organisatie is een goede samenwerking te bevorderen tussen de flexbranche en UWV.

SEU (Stichting Examens Uitzendbranche)

Dit is het onafhankelijke exameninstituut in de flexbranche. De belangrijkste doelstelling van de SEU is het leveren van een bijdrage aan de kwaliteit en het niveau van de flexbranche. Dit wordt gedaan door het opstellen en afnemen van examens.

SFU (Stichting Fonds Uitzendbranche)

De SFU is een stichting die twee stichtingen in de flexbranche financiert. Dit zijn de SNCU en DOORZAAM. Door gebruik te maken van de diensten van deze stichtingen kan je de kwaliteit van jouw flexonderneming verbeteren. Alle flexondernemingen zijn verplicht aangesloten bij de SFU en betalen hiervoor.

SNA (Stichting Normering Arbeid)

Dit is een stichting die het keurmerk voor de flexbranche verzorgt. Het SNA keurmerk is het keurmerk voor alle flexondernemingen en (onder)aannemers van werk op basis van twee NEN-normen, NEN 4400-1 (Nederlandse ondernemingen) en NEN 4400-2 (buitenlandse ondernemingen). Het doel is om de risico’s voor opdrachtgevers die voortvloeien uit de huidige wetgeving (zoals de Wet Keten en Inlenersaansprakelijkheid) te beperken.

SNCU (Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten)

De SNCU is een organisatie die toeziet op naleving van de CAO’s voor uitzendkrachten zoals de ABU en de NBBU. Bij flexondernemingen waar afwijkingen worden vastgesteld wordt een onderzoek gestart en eventueel een boete opgelegd.

Sociale verzekeringen

Sociale verzekeringen zijn een onderdeel van het sociale zekerheidsstelsel in Nederland. De overheid verplicht mensen zich te verzekeren tegen de financiële gevolgen van diverse risico’s zoals, werkloosheid, arbeidsongeschiktheid en ouderdom. Dit komt in de vorm van uitkeringen. Er zijn werknemersverzekeringen (bijvoorbeeld de WW) en volksverzekeringen (bijvoorbeeld de AOW). Een kenmerk van sociale verzekeringen is dat je premie moet betalen om er aanspraak op te kunnen maken.

Sociale voorzieningen

Sociale voorzieningen zijn een onderdeel van het sociale zekerheidsstelsel in Nederland. Het zijn uitkeringen of toeslagen die een bestaansminimum bieden aan mensen die anders geen inkomen zouden hebben. Het wordt daarom ook wel het ‘Sociale vangnet’ genoemd. Een kenmerk van sociale voorzieningen is dat hiervoor geen premie betaald hoeft te worden, maar dat deze betaald worden uit de algemene middelen.

Sociale zekerheid

Dit is het stelsel dat inwoners van Nederland garandeert van inkomen en/ of verzorging als zij niet in staat zijn hier zelf in te voorzien. Het gaat hier om personen die tijdelijk of blijvend onvoldoende inkomen ontvangen. Bijvoorbeeld als gevolg van werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, ziekte of pensioen. Onder dit stelsel vallen de sociale verzekeringen en sociale voorzieningen.

Sofi nummer

Is vervangen door het BSN.

Sollicitatieplicht Participatiewet

Dit is een van de plichten die komt bij het krijgen of  behouden van een bijstandsuitkering (Participatiewet). Je bent dus verplicht actief op zoek naar werk te gaan. Een van de voorwaarden binnen deze sollicitatieplicht is bijvoorbeeld, dat al je al het aangeboden werk moet aanvaarden en zien te behouden. Ook een partner zonder inkomsten heeft een sollicitatieplicht.

Sollicitatieplicht WW

Dit is een verplichting voor het krijgen of behouden van een WW-uitkering. Een van de voorwaarden van de sollicitatieplicht WW is dat je 4 x per 4 weken een sollicitatie activiteit moet verrichten. Dit kan bijvoorbeeld zijn een sollicitatiebrief, een netwerkgesprek of inschrijving bij een flexonderneming. Na 6 maanden ben je verplicht ook onder je niveau te solliciteren en werk te aanvaarden.

 

STAF (Stichting Arbo Flexbranche)

Kijk: doorzaam

Stilzwijgende verlenging arbeidsovereenkomst

Dit is een term die je tegen kan komen in het kader van een arbeidsovereenkomst. Er is sprake van stilzwijgende verlenging als na het aflopen van een arbeidsovereenkomst er geen nieuwe overeenkomst is gesloten en de werknemer toch blijft werken. Als de werknemer dit aan kan tonen, kan hij aanspraak maken op een arbeidsovereenkomst met dezelfde voorwaarden en duur van zijn laatste arbeidsovereenkomst met een maximum van een jaar.

StiPP (Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten)

StiPP is een stichting die de pensioenregeling voor de flexbranche regelt. StiPP heeft 2 pensioenregelingen: de Basisregeling en de Plusregeling. Je begint met pensioen opbouwen via een flexonderneming vanaf een leeftijd van 21 jaar en na 26 gewerkte weken.

STOOF (Stichting Opleiding en Ontwikkeling Flexbranche)

Kijk: doorzaam

 

Studentenreisproduct

Studenten met recht op studiefinanciering, hebben ook recht op een studentenreisproduct (voorheen OV jaarkaart). Hiermee kan gratis of met korting worden gereisd met het openbaar vervoer. Dit product komt in de vorm van een lening. Alleen als binnen 10 jaar het diploma wordt behaald, wordt het reisproduct een gift.

Subsidiemogelijkheden

Subsidiemogelijkheden zijn stimuleringsregelingen van de overheid waartegenover een bijdrage staat. Bijvoorbeeld het aannemen van personeel met een achterstand tot de arbeidsmarkt door werkgevers. Voor het aannemen van personeel zijn er fiscale regelingen en loonkostenvoordelen. Zoals de loonkostenvoordelen oudere werknemer, arbeidsbeperkte werknemer en banenafspraak. Met de Subsidiecalculator.nl van UWV en de Belastingdienst kan gratis berekend worden hoeveel subsidie werkgevers kunnen krijgen als zij bepaalde werknemers in dienst nemen.

Subsidieregeling praktijkleren

Dit is een manier van de overheid om werkgevers te stimuleren praktijkleerplaatsen en werkleerplaatsen te bieden. Hierdoor kunnen mensen die een beroepsopleiding volgen zich beter voorbereiden op de arbeidsmarkt. De subsidie is een tegemoetkoming in de kosten voor de begeleiding van een deelnemer. De subsidieregeling richt zich vooral op kwetsbare groepen binnen de arbeidsmarkt bij wie jeugdwerkloosheid een groot probleem is en op studenten die een opleiding volgen in sectoren waar een tekort ontstaat aan gekwalificeerd personeel en wetenschappelijk personeel.

Subjectieve (zachte) selectiecriteria

Subjectieve selectiecriteria zijn functie-eisen die niet direct meetbaar en controleerbaar zijn op basis van het CV. Er wordt dan gedoeld op specifieke karaktereigenschappen of competenties zoals bijvoorbeeld: een flexibele instelling of leidinggevende capaciteiten. Dit wordt ook wel zachte selectiecriteria genoemd.

SVB (Sociale VerzekeringsBank)

De SVB is uitvoerder van wetten en regelingen in het kader van de sociale zekerheid. De SVB keert uitkeringen uit en informeert over mogelijke veranderingen. De SVB is de uitvoerende instantie van bijvoorbeeld de volksverzekeringen AOW, ANW en AKW.

SZW (ministerie) (Sociale Zaken en Werkgelegenheid)

Het ministerie van SZW is een ministerie van de Nederlandse overheid. SZW is verantwoordelijk voor het arbeidsmarktbeleid, inclusief migratie en vrij verkeer van werknemers, uitkeringen en re-integratie, inkomensbeleid, het combineren van arbeid en zorg, arbeidsomstandighedenbeleid en inspectie daarop.

Tarief opdrachtgever

Een tarief is de prijs voor de verlening van bepaalde diensten. In het geval van uitzenden is dit het bedrag dat, meestal per uur, in rekening wordt gebracht bij de opdrachtgever voor de ter beschikking gestelde flexwerknemer. Het tarief is opgebouwd uit de kostprijs (incl. uurloon) + marge.

Taxipas

Dit is een chauffeurspas die een taxichauffeur in Nederland bij zich moet hebben als hij aan het werk is. De pas moet worden aangevraagd bij het Kiwa Register en is 5 jaar geldig. Voor het verkrijgen van een taxichauffeurspas is een chauffeursdiploma nodig, een VOG en een medische verklaring van een arbo-arts.

TBA (Ter Beschikkingstellen van Arbeidskrachten)

De flexonderneming stelt de flexwerknemer ter beschikking (laat arbeid verrichten) bij de opdrachtgever. Dit gebeurt in de driehoeksverhouding tussen flexonderneming, flexwerknemer en opdrachtgevers.

Termijn van kennisgeving (ABU-cao)

Dit is de periode waarmee een flexonderneming (ABU) rekening moet houden bij het opzeggen van een uitzendovereenkomst met uitzendbeding. Deze termijn geldt voor uitzendkrachten die langer dan 12 weken bij 1 opdrachtgever hebben gewerkt. De termijn van kennisgeving is terug te vinden in de ABU CAO.

Terugvalloon (ABU-cao)

Het loon waar een flexwerknemer recht op heeft als er geen werk meer voor hem is en er sprake is van een uitzendovereenkomst met loondoorbetaling. Het terugvalloon bedraagt 90% van het laatstverdiende loon, maar minimaal het Wettelijk Minimum Loon.

Transitiegroep ABU

De transitiegroep is een onderdeel van het ABU loongebouw. Tot deze groep behoren flexwerknemers die van werk naar werk begeleid worden. In de CAO of het sociaal plan van de werkgever die afscheid moet nemen van deze werknemers, moet een verwijzing opgenomen zijn naar het ABU loongebouw.

Transitievergoeding

Dit is een vorm van een ontslagvergoeding. Een werkgever is verplicht deze onder bepaalde voorwaarden aan een werknemer te betalen als hij het dienstverband eindigt of niet verlengt. Voorwaarde is dat het dienstverband minimaal 2 jaar heeft geduurd. De transitievergoeding biedt een financiële compensatie voor het baanverlies en bevordert de transitie van werk naar werk. De hoogte is afhankelijk van het aantal jaren dat een medewerker in dienst is geweest. Ook flexwerknemers hebben recht op een transitievergoeding. Uitzonderingen zijn als de flexwerknemer in dienst treedt bij de opdrachtgever of bij faillissement.

TW (ToeslagenWet)

De TW geeft een aanvulling op loon of een sociale uitkering (WW, WIA, ZW, Wajong), wanneer het totale (gezins-)inkomen onder het geldende sociale minimum ligt. Bijvoorbeeld als iemand een ziektewet uitkering krijgt en in het 2e jaar er geen Wettelijk Minimum Loon verplichting is. De TW is een onderdeel van het Sociaal zekerheidsstel en valt onder de sociale voorzieningen.

TWV (TeWerkstellingsVergunning)

Een TWV is een vergunning om te mogen werken in Nederland voor een vreemdeling van buiten de EER. Deze vergunning kan aangevraagd worden bij het UWV of de IND door de werkgever, mits het om een moeilijk invulbare vacature gaat. De tewerkstellingsvergunning geldt alléén voor de werknemer en het werk waarvoor de vergunning is aangevraagd.

Uitsluitingsgrond WW

Als een werknemer recht heeft op WW, kan het UWV bepalen dat er een uitsluitingsgrond van toepassing is waardoor de WW-uitkering niet wordt toegekend. Dit zijn objectieve redenen die het recht op WW in de weg staan. Bijvoorbeeld als je niet beschikbaar bent voor werk, gemoedsbezwaarde bent of al een andere uitkering ontvangt zoals bijvoorbeeld een WIA uitkering.

Uitzendbeding

Het uitzendbeding is een bepaling die opgenomen kan worden in een uitzendovereenkomst. Als het beding opgenomen is in de overeenkomst betekent dat het volgende voor flexwerknemer en flexonderneming:

  • Als de opdracht eindigt mag ook de uitzendovereenkomst eindigen
  • Als de flexwerknemer ziekt is eindigt de uitzendovereenkomst
  • De flexwerknemer mag te allen tijde opzeggen (1 dag opzegtermijn)

Het beding mag alleen toegepast worden in de eerste 78 gewerkte weken, ofwel Fase A (ABU) Fase 1, 2 (NBBU).

Uitzendovereenkomst

Een uitzendovereenkomst is een arbeidsovereenkomst, tussen een flexonderneming en een flexwerknemer in Fase A, B of C (ABU) of 1,2,3 of 4 (NBBU). Hierbij verricht de flexwerknemer arbeid bij een opdrachtgever onder zijn leiding en toezicht. De flexonderneming is de formele werkgever en de opdrachtgever is de feitelijk werkgever.

ULV (Uitsluiting Loondoorbetalings-Verplichting)

Het ULV is een bepaling die opgenomen kan worden in een arbeidsovereenkomst. Normaal is de werkgever verplicht het loon door te betalen als er geen werk is. Bijvoorbeeld als er door een defecte machine geen werk is. Als het ULV is opgenomen in een arbeidsovereenkomst is de werkgever niet verplicht het loon door te betalen als er geen werk meer is.

Kortom: niet gewerkt = geen loon.

Het ULV mag je als uitzendwerkgever de eerste 78 gewerkte weken toepassen. Dit mag in Fase A (ABU) en Fase 1, 2 (NBBU). Reguliere werkgevers mogen het ULV alleen de eerste 26 weken van de eerste arbeidsovereenkomst toepassen.

UWV (Uitvoeringsinstantie Werknemers Verzekeringen)

Het UWV is een zelfstandig bestuursorgaan dat zorgt voor landelijke uitvoering van de werknemersverzekeringen. O.a. de WW, ZW en WIA. Je kan met het UWV te maken krijgen in de flexbranche doordat zij werkzoekenden en vacatures registreren, ontslagaanvragen behandelen, ontslagvergunningen verlenen en tewerkstellingsvergunningen verstrekken voor vreemdelingen.

Vakbonden

Een vakbond is een vereniging van mensen met een bepaald beroep die opkomt voor de rechten van deze werknemers en strijdt voor bijvoorbeeld betere werkomstandigheden. Vakbonden in de flexbranche zijn: FNV Flex, De Unie, CNV en LBV. Een vakbond wordt ook wel vakvereniging, werknemersvereniging, vakorganisatie of syndicaat genoemd.

Vangnetregeling Ziektewet

Door de Vangnet regeling ZW neemt het UWV in bepaalde situaties de loondoorbetaling van (ex)medewerkers over. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij:

  • flexwerknemers die een uitzendovereenkomst met beding hebben, waarbij ziekte einde overeenkomst betekent
  • medewerkers die ziek uit dienst gaan
  • ziekte ten gevolge van zwangerschap.

Zij ontvangen dan een ZW uitkering van het UWV.

Vaststellingsovereenkomst

Dit is een schriftelijke overeenkomst waarmee werkgever en werknemer het dienstverband vrijwillig en met wederzijds goedvinden beëindigen. Er hoeft dan geen toestemming gevraagd te worden bij het UWV of de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.

Verblijfsdocument

Om in Nederland te kunnen verblijven heeft een vreemdeling van buiten de EU/EER een Nederlands verblijfsdocument nodig. Voorbeelden van een verblijfsdocument zijn een: verblijfsvergunning, vreemdelingen identiteitsbewijs, geprivilegieerden document (voor bijvoorbeeld diplomaten) of een visum. Met sommige verblijfsdocumenten mag je ook werken.

Verblijfsdocument ‘duurzaam verblijf burgers van de Unie’

Dit is een verblijfsvergunning voor mensen uit de EU/EER om definitief in Nederland te kunnen blijven wonen. Een van de voorwaarden hiervoor is dat je langer dan vijf jaar aaneengesloten rechtmatig in Nederland hebt gewoond.

Verblijfsdoel

Een verblijfsdoel is de reden van een vreemdeling van buiten de EU/EER om (langdurig) naar Nederland te komen.

Bijvoorbeeld:

  • studie
  • uitwisseling (au pairs)
  • wetenschappelijk onderzoeker
  • kennismigranten
  • arbeid in loondienst
  • seizoensarbeid
  • lerend werken
  • of gezinshereniging
Verblijfsvergunning

Een verblijfsvergunning is een document waarover vreemdelingen van buiten de EU/EER moeten beschikken om te mogen wonen en soms ook werken in Nederland.

Er zijn 5 soorten verblijfsvergunningen:

  • type I: verblijfsvergunning voor bepaalde tijd regulier
  • type II: verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd regulier
  • type III: verblijfsvergunning voor bepaalde tijd asiel
  • type IV: verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd asiel
  • type V: EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetene.

De IND geeft deze verblijfsvergunningen uit.

Verbodsbepalingen (WAADI)

In de Waadi staat omschreven aan welke regels bureaus die mensen ter beschikking stellen (uitzenden) zich moeten houden. Deze regels bestaan uit 2 geboden en 4 verboden. De 4 verboden zijn:

  • Verbod op tegenprestatie. Het is verboden om een vergoeding te vragen aan je flexwerknemer voor de bemiddeling.
  • Verbod op het breken van een staking.
  • Verbod op het ter beschikking stellen zonder registratie in het Handelsregister KvK. Dit verbod geldt ook voor de opdrachtgever. Deze mag geen flexwerknemers accepteren van flexondernemingen die niet zijn ingeschreven als flexonderneming.
  • Belemmeringsverbod. Het is verboden om na de uitzendperiode de flexwerknemer te belemmeren om rechtstreeks in dienst te gaan van de opdrachtgever. Wel mag de flexonderneming een vergoeding vragen aan de opdrachtgever.
Verificatieplicht

Volgens de WID ben je als werkgever verlicht om de identiteit van je werknemers te controleren voordat deze in dienst komen. Dit is de verificatieplicht. Om hieraan te kunnen voldoen moet je als werkgever naar een geldig, origineel identiteitsbewijs (dus geen kopie) van de werknemer vragen. De werkgever is verplicht het document te controleren op echtheid, geldigheid en of het ook daadwerkelijk van de persoon is die voor je staat.

Vermogenstoets

Om in aanmerking te komen voor een bijstandsuitkering (Participatiewet) geldt de vermogenstoets. Bij bepaling van de uitkering wordt rekening gehouden met het eigen vermogen of dat van een eventuele partner tot aan een bepaald bedrag. Het eigen vermogen dat boven dit bedrag uitkomt moet eerst worden opgemaakt, voordat je een bijstandsuitkering kan ontvangen. Onder eigen vermogen valt niet alleen spaargeld, maar bijvoorbeeld ook een auto. De waarde van een eigen huis valt tot een bepaalde grens ook onder eigen vermogen.

Vervroegd pensioen

Werknemers die eerder willen stoppen met werken dan de AOW-gerechtigde leeftijd kunnen vervroegd met pensioen gaan. Dit betekent dat zij het eerder met pensioen gaan financieren door hun pensioen eerder op te maken/uit te spreiden of hun eigen vermogen hiervoor te gebruiken. Het recht op een AOW-uitkering ontstaat namelijk pas bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

Vluchtelingenpaspoort

Het vluchtelingenpaspoort is een reisdocument voor vluchtelingen die bij het land van herkomst geen paspoort meer kunnen aanvragen. Om hen toch in staat te stellen naar het buitenland te reizen kunnen zij in Nederland een reisdocument voor vluchtelingen aanvragen bij de gemeente. De reisdocumenten voor vluchtelingen zijn geldige legitimatiebewijzen in Nederland, maar kunnen niet dienen als identiteitsbewijs bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst.

VLZ wet (Wet Verlengde Loondoorbetalingsverplichting Ziekte)

Op grond van deze wet zijn werkgevers verplicht om zieke werknemers maximaal 2 jaar loon door te betalen als zij tijdens hun arbeidsovereenkomst niet kunnen werken vanwege ziekte. Het eerste jaar tenminste 70% van het laatstverdiende loon, maar minimaal het Wettelijk Minimum Loon. Het tweede jaar 70% van het loon. Hierbij mogen maximaal 2 wachtdagen worden gerekend. Werknemers waarvan de arbeidsovereenkomst eindigt tijdens ziekte, komen in de ZW en houden deze ZW uitkering tijdens ziekte tot max 104 weken.

VOG (Verklaring Omtrent Gedrag)

Een VOG is een verklaring waaruit blijkt dat een werknemer geen strafbare feiten heeft gepleegd die het uitoefenen van een functie of stage in de weg staan. Deze kan aangevraagd worden bij Justis. Een VOG wordt bijvoorbeeld niet afgegeven als een iemand die veroordeeld is geweest voor fraude er een aanvraagt voor een functie waar hij met geld om moet gaan. Een VOG mag geëist worden door de werkgever en is verplicht voor onderwijzers, gastouders, taxichauffeurs en beëdigd tolk/vertalers.

Volksverzekeringen

De volksverzekeringen zijn een onderdeel van het Sociale zekerheidsstelsel in Nederland en vallen onder de Sociale Verzekeringen. Iedereen die in Nederland woont, werkt of een uitkering ontvangt betaalt premie om de volksverzekeringen te financieren. De volksverzekeringen komen in de vorm van een uitkering zoals: AOW, ANW, AKW, WLZ en ZVW.

Voorovereenkomst

Dit is een afspraak tussen werkgever en oproepkracht om na de oproep een tijdelijke arbeidsovereenkomst te sluiten. De werknemer is niet verplicht aan de oproep te voldoen. De voorovereenkomst zelf is geen arbeidsovereenkomst. Pas als voldaan wordt aan de oproep gaat de arbeidsovereenkomst in.

Vreemdeling

Iedereen die niet de Nederlandse nationaliteit bezit.

Vreemdelingen identiteitsbewijs

Hiermee kan een vreemdeling zijn identiteit en nationaliteit aantonen, maar ook dat hij in Nederland mag verblijven. Dit document is voor:

  • vreemdelingen die nog geen beslissing op hun asielaanvraag hebben ontvangen
  • vreemdelingen die niet in het bezit zijn van een paspoort uit het land van herkomst
Vreemdelingenpaspoort

Het vreemdelingenpaspoort is een reisdocument voor niet-Nederlanders die bij het land van herkomst geen paspoort kunnen aanvragen. Als je als niet-Nederlander met verblijfsvergunning naar het buitenland wil, heb je een vreemdelingenpaspoort nodig. Dit document kan aangevraagd worden bij de gemeente.

Reisdocumenten voor vreemdelingen zijn geldige legitimatiebewijzen in Nederland, maar kunnen niet dienen als identiteitsbewijs bij het aangaan van een arbeidsovereenkomst.

Vvr-referentprocedure

Als vreemdeling van buiten de EU/ EER ben je verplicht een Machtiging Voorlopig Verblijf (MVV) in het land van herkomst aanvragen om naar Nederland te mogen reizen. Eenmaal in Nederland kan dan een verblijfsvergunning worden aangevraagd. Als de vreemdeling van buiten de EU/EER uit een verdragsland komt kan de Vvr referentprocedure gebruikt worden. Via de Vvr referentprocedure kan een referent van de vreemdeling (bijvoorbeeld de werkgever) al een verblijfsvergunning aanvragen als de vreemdeling nog in het land van herkomst is.

VW (VreemdelingenWet)

De VW regelt de toelating, het verblijf en uitzetting van vreemdelingen in Nederland. Een vreemdeling is een persoon die de Nederlandse nationaliteit niet bezit.

WAADI (Wet Allocatie Arbeidskrachten Door Intermediairs)

Deze wet is bedoeld om de rechten van de werknemers te waarborgen. De Waadi bestaat uit 2 geboden en 4 verboden waar organisaties die arbeidskrachten ter beschikking stellen zich aan moeten houden.

2 geboden:

  • gelijke behandeling
  • informatie veiligheid

4 verboden:

  • geen tegenprestatie
  • geen staking breken
  • flexwerknemer niet belemmeren bij in dienst treden bij opdrachtgever
  • verbod op ter beschikking stellen zonder registratie bij KvK
Wachtdagcompensatie

Bij wet mag een werkgever maximaal 2 wachtdagen instellen voordat hij loon doorbetaalt tijdens ziekte. In de CAO voor uitzendkrachten is onderhandeld dat in het geval van 2 wachtdagen er 1 wachtdag gecompenseerd wordt in de vorm van een percentage bovenop het uurloon. Dit percentage is de wachtdagcompensatie.

Wachtdagen bij ziekte

Bij wet mag een werkgever maximaal 2 dagen instellen voordat hij loon doorbetaalt tijdens ziekte. Dit worden wachtdagen genoemd. Van deze 2 dagen kan bij CAO worden afgeweken. Er mogen maximaal 2 wachtdagen per periode van 28 dagen geteld worden.

WagwEU (Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerden in de Europese Unie)

De WagwEU is de Nederlandse uitwerking van de Europese richtlijn voor detacheren. In deze wet is geregeld dat de zogenoemde harde kern van arbeidsvoorwaarden moet worden toegekend aan het personeel uit de Europese Unie dat in Nederland komt werken. Die harde kern bestaat uit de Wettelijk minimumloon verplichting (WML), de Arbeidstijdenwet (ATW), de Arbo-wet, de WAADI en de Algemene Wet Gelijke behandeling (AWGB). Algemeen verbindend verklaarde cao’s in Nederland gelden ook voor gedetacheerde werknemers die in Nederland komen werken.

WAJONG (Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Jonggehandicapten)

De huidige WAJONG is bedoeld voor personen die voor hun 18e of tijdens hun studie (tot max. 30 jaar oud) door ziekte of handicap nooit meer kunnen werken. De WAJONG van voor 2015 is ook voor mensen die niet genoeg kunnen verdienen. Deze groep valt in de huidige WAJONG onder de Participatiewet.

WAO (Wet op de ArbeidsOngeschiktheidsverzekering)

De WAO is vervangen door de WIA, maar er kunnen wel nog steeds mensen in de WAO zitten. De WAO geldt alleen nog voor diegenen die op 1 januari 2006 al een WAO-uitkering ontvingen en die voor minimaal 15% arbeidsongeschikt zijn verklaard. Sinds 2006 vallen arbeidsongeschikten onder de WIA.

WAS (Wet Aanpak Schijnconstructies)

De Wet Aanpak Schijnconstructies wil werknemers beter beschermen tegen onderbetaling en werkgevers beter beschermen tegen oneerlijke concurrentie.

Werkgevers kunnen constructies gebruiken om regels voor minimumloon te ontduiken zoals onduidelijke inhoudingen of boetes op het loon. Dit kan leiden tot oneerlijke concurrentie door te goedkope arbeid, ontduiking van het betalen van sociale premies en verdringing van Nederlandse werknemers door goedkoop buitenlands personeel.

WAV (Wet Arbeid Vreemdelingen)

De WAV regelt arbeid van vreemdelingen in Nederland. Vreemdelingen uit landen buiten de EU/EER mogen alleen in Nederland werken met een TWV of een GVVA.

WAV aanvullende ID-plichten

In de WAV worden de volgende extra ID-verplichtingen opgelegd voor vreemdelingen van buiten de EU/EER:

  • de flexonderneming is verplicht een kopie ID-bewijs van de vreemdeling verstrekken aan de opdrachtgever
  • de opdrachtgever heeft net als de flexonderneming verificatie- en bewaarplicht
  • de vreemdeling is verplicht het ID-bewijs te laten inzien door de opdrachtgever.

Voor vreemdelingen uit de EU/EER heeft de opdrachtgever alleen verificatieplicht. Hierdoor mag je het ID bewijs niet verstrekken aan de opdrachtgever.

WAZO (Wet Arbeid en ZOrg)

In de WAZO is het recht op verschillende verlofsoorten geregeld, zoals ouderschapsverlof en zorgverlof. Deze wet heeft als doel om het voor werknemers makkelijker te maken werk en privé te combineren. De volgende verlofsoorten zijn vastgelegd in de Wet arbeid en zorg:

Een aantal van deze verlofsoorten wordt betaald uit de Ziektewet. Andere soorten worden betaald door de werkgever of zijn onbetaalde vormen van verlof. Dit is mede-afhankelijk van eventuele cao-bepalingen.

WBP (Wet Bescherming Persoonsgegevens)

De WBP is per 25 mei 2018 vervangen door de AGV.

W-document

Het W-document is gewijzigd in Vreemdelingen identiteitsbewijs.

Wederzijds goedvinden

Bij wederzijds goedvinden spreken werkgever en werknemer samen af om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. De werkgever hoeft dan geen toestemming aan UWV of de kantonrechter te vragen om de medewerker te ontslaan. De afspraken over het ontslag worden schriftelijk vastgelegd. Dit gebeurt in een vaststellingsovereenkomst. De werkgever is verplicht de werknemer 2 weken bedenktijd te geven. Binnen de bedenktijd mag de werknemer terugkomen op de gemaakte afspraken.

Als de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden is geëindigd, behoudt de werknemer recht op WW als hij aan de voorwaarden voor WW voldoet.

Wegvallen uitzendwerk

Als gedurende een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding (dus een overeenkomst voor bepaalde tijd) het werk stopt, dan is de flexonderneming verplicht passend vervangend werk te zoeken. De flexwerknemer is daarnaast verplicht passende en vervangende arbeid te accepteren. Dit werk mag niet lager dan 2 functieniveaus zijn ingeschaald en de arbeidsduur per week moet hetzelfde blijven zijn of mag max 4 uur meer zijn.

Weigeringsgrond WW

Als een werknemer recht heeft op WW, kan het UWV bepalen dat er een weigeringsgrond van toepassing is waardoor de WW-uitkering niet wordt toegekend. Er bestaat dan al wel recht op WW, maar je het iets gedaan waardoor je dit recht hebt verspeeld. Bijvoorbeeld: als de werknemer zelf ontslag heeft genomen en dus verwijtbaar werkloos is, zich te laat heeft ingeschreven bij het UWV of onvoldoende tracht werk te zoeken.

Wekeneis WW

Om in aanmerking te komen voor de WW moet je voldoen aan de Wekeneis. Dit is het aantal weken dat een werknemer moet hebben gewerkt voorafgaand aan de eerste dag dat hij werkloos is. Als je tenminste 26 weken van de afgelopen 36 weken hebt gewerkt kom je in aanmerking voor een WW-uitkering.

Werkloosheidscriteria

Om te voldoen aan de wettelijke definitie van werkloosheid volgens de WW zijn de volgende criteria van toepassing:

  • verlies van tenminste 5 of tenminste 50% van de arbeidsuren per week;
  • over die verloren arbeidsuren bestaat geen recht op loondoorbetaling;
  • beschikbaar zijn om arbeid te aanvaarden.
Werknemersverzekeringen

De werknemersverzekeringen zijn een onderdeel van het Sociale zekerheidsstelsel in Nederland en vallen onder de Sociale Verzekeringen. Iedereen die in Nederland werkt betaalt premie om aanspraak te kunnen maken op een uitkering van een werknemersverzekering. De werknemersverzekeringen zijn: WW, ZW, WAO/WIA. Deze uitkeringen worden gefinancierd uit premies geïnd door werkgevers. Deze kan je terugvinden op de loonstrook.

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

In de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten is afgesproken dat regering en werkgevers tot het jaar 2026, 125.000 extra banen creëren voor mensen met ziekte of handicap. De bedoeling is dat zij zoveel mogelijk kunnen werken bij ‘gewone’ werkgevers, die hiervoor subsidiemogelijkheden kunnen krijgen. In het doelgroepregister staan gegevens van personen die onder de banenafspraak vallen. UWV beheert dit register. Als je als werkgever van 25 medewerkers of meer je quotum niet haalt moet je gaan betalen voor de niet opgevulde werkplekken. Dit is de quotumheffing.

Wet DBA (Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties)

Deze wet regelt de arbeidsrelatie tussen een ZZP’er en een opdrachtgever en gaat schijnzelfstandigheid tegen. Een opdrachtgever en ZZP’er kunnen zich vrijwaren van het aangaan van een arbeidsrelatie, en dus het betalen van loonheffingen, middels een door de belastingdienst getoetste modelovereenkomst. Dit moet ervoor zorgen dat de ZZP’er niet als werknemer wordt gezien. De Wet DBA vervangt de VAR per 1 mei 2016. Op dit moment wordt de Wet DBA niet gehandhaafd, omdat deze in de praktijk leidde tot minder opdrachten voor ZZP’ers. Het nieuwe kabinet gaat op zoek naar een alternatief voor de Wet DBA.

Wet Flexibiliteit en Zekerheid

De Wet flexibiliteit en zekerheid (Flexwet) stamt uit 1999. Werkgevers kregen door deze wet meer mogelijkheden om flexibele arbeidskrachten aan te trekken. Tegelijkertijd zorgde deze wet voor meer zekerheden en een betere rechtspositie voor flexwerknemers. De WWZ (Wet werk en zekerheid) uit 2015 is de opvolger van deze wet.

Wet Momi (Wet Modern Migratiebeleid)

De wet Modern Migratiebeleid is een wet die ervoor zorgt dat Nederland uitnodigend is voor migranten waar economisch behoefte aan is en beperkend is voor anderen. Door deze wet is in 2013 het langdurig verblijf van vreemdelingen buiten de EU/EER aangescherpt. Het komt er op neer dat degene die belang heeft bij de overkomst van een vreemdeling naar Nederland (de referent) meer verantwoordelijkheid krijgt.

Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd

Dit is een wet die een aantal bepalingen heeft gewijzigd om het (door)werken na de AOW-gerechtigde leeftijd te vergemakkelijken. Als door het bereiken van de AOW-leeftijd de arbeidsovereenkomst is beëindigd, zijn bijvoorbeeld direct aansluitend weer 6 tijdelijke arbeidsovereenkomsten mogelijk in max. 4 jaar. De ABU en NBBU wijken hiervan af en mogen hieraan voorafgaand nog een langere tijd flexibel uitzenden.

WFW (Wet Flexibel Werken)

Werknemers kunnen op basis van deze wet een verzoek indienen bij de werkgever voor flexibele werktijden, andere arbeidsduur of een andere arbeidsplaats. Bovendien mag de aanpassing tijdelijk zijn. De termijn waarbinnen een werknemer een dergelijke aanvraag kan doen is een half jaar na aanvang van het dienstverband.

WG (WerkGever)

Is een bedrijf of organisatie die mensen in dienst neemt om tegen betaling werk te verrichten. Afgekort ook wel WG genoemd.

WGA regeling (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten)

De WGA is een uitkering die valt onder de WIA. Na 2 jaar ziekte wordt je gekeurd door het UWV en kom je in de WIA. Als je tussen de 20% en de 65% arbeidsgeschikt wordt bevonden en dus nog kan werken val je onder de WGA.

De WGA kent een kent een loongerelateerde uitkering die afhankelijk is van het arbeidsverleden. De uitkeringshoogte is de eerste 2 maanden 75%, daarna 70% van het laatst verdiende loon.

WGB (Wet(ten) Gelijke Behandeling)
  • AWGB Algemene wet gelijke behandeling
  • WGB m/v Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen
  • WGBH/CZ Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte
  • WGBL Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid
  • WOA Wet onderscheid arbeidsduur
  • WOBOT Wet onderscheid bepaalde en onbepaalde tijd (niet van toepassing op de uitzendovereenkomst).
WGB m/v (Wet Gelijke Behandeling mannen en vrouwen)

Dit is een wet om discriminatie op basis van geslacht tegen te gaan.

Bijvoorbeeld: je mag niet om een mannelijke magazijnmedewerker vragen in een vacature, want vrouwen kunnen dit werk net zo goed doen.

WGBH/CZ (Wet Gelijke Behandeling op grond van Handicap of Chronische Ziekte)

Dit is een wet om discriminatie op basis van het hebben van een handicap of chronische ziekte tegen te gaan.

Bijvoorbeeld: je mag een sollicitant niet afwijzen, omdat hij in een rolstoel zit als hij hierdoor niet beperkt is om de functie uit te voeren.

WGBL (Wet Gelijke Behandeling op grond van Leeftijd bij arbeid)

Dit is een wet om discriminatie op basis van leeftijd van werknemers tegen te gaan. Bijvoorbeeld: je mag in een vacature niet alleen om 16 tot 19 jarige vakkenvullers vragen, als andere leeftijden dit werk net zo goed kunnen uitvoeren.

WIA Wet werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen

De WIA is een werknemersverzekering. Deze is voor werknemers die na 2 jaar ziekte meer dan 35% arbeidsongeschikt zijn. Er zijn 2 regelingen:

  1. De regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) is voor personen die nog gedeeltelijk kunnen werken. Deze personen beschikken dan over 20% en 65% resterende verdiencapaciteit.
  2. De Inkomensvoorziening Volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (IVA). Hieronder vallen personen die helemaal niet meer kunnen werken met minder dan 20% verdiencapaciteit.
WID (Wet op de IDentificatieplicht)

Volgens de WID geldt in Nederland een algemene identificatieplicht. Iedereen van 14 jaar en ouder moet een geldig identiteitsbewijs kunnen tonen als de politie of een toezichthouder daarom vraagt. Een werknemer is verplicht om zich vóór het aangaan van een arbeidsovereenkomst tegenover de werkgever te identificeren. Het rijbewijs is in deze situatie geen geldig ID-bewijs. De werkgever heeft 3 verplichtingen vanuit de WID: verificatie-, bewaar- en zorgplicht.

WKA (Wet Keten en Inlenersaansprakelijkheid)

In deze wet wordt geregeld dat opdrachtgevers aansprakelijk gesteld kunnen worden voor de afdrachten van loonbelasting en sociale premies voor flexwerknemers, indien de flexonderneming dit niet doet. Door deze wet hebben opdrachtgevers een belang bij het samenwerken met een betrouwbaar bureau. Om het risico van aansprakelijkheid te beperken kan de flexonderneming een G-rekening beschikbaar stellen.

WKR (WerkKostenRegeling)

Dit is een regeling van de belastingdienst waarin wordt beschreven wat de werkgever onbelast aan een werknemer mag vergoeden. Werkgevers mogen 1,2% van het loon (vrije ruimte) gebruiken voor onbelaste onkostenvergoedingen en verstrekkingen. Bijvoorbeeld reiskostenvergoedingen en een maaltijdvergoeding. De vrijstelling geldt niet voor boetes of een auto van de zaak. Deze zijn dan dus belast.

WLZ (Wet Langdurige Zorg)

Deze wet regelt zorg voor mensen die dit de hele dag intensief nodig hebben. Denk daarbij aan chronisch zieken, kwetsbare ouderen of mensen met een ernstige geestelijke, lichamelijke beperking of aandoening.  Bijvoorbeeld ouderen met vergevorderde dementie of mensen die vanwege hun zorgbehoefte in een instelling moeten verblijven. Een WLZ-indicatie is hiervoor nodig van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ).

WML (Wet Minimum Loon en minimum vakantiebijslag)

Iedere werknemer in Nederland heeft op basis van deze wet recht op uitbetaling van het op dat moment geldende wettelijk minimum loon én minimaal 8% vakantiebijslag. Als er sprake is van een vermoeden van onderbetaling kan er een melding worden gedaan bij de Inspectie van Sociale zaken en Werkgelegenheid. Deze wet geldt ook voor jongeren vanaf 15 tot en met 20 jaar, dit is het minimum jeugdloon.

WN (WerkNemer)

Dit is de persoon die bij een bedrijf of organisatie werkt. Dit doet hij onder het gezag van een werkgever. Voor de verrichte arbeid ontvangt hij loon. De werknemer is de contractuele wederpartij van de werkgever bij de arbeidsovereenkomst.

WO (Wetenschappelijk Onderwijs)

Wetenschappelijk onderwijs dat gevolgd kan worden op een universiteit na het behalen van een vwo-diploma of propedeuse HBO. De universitaire opleidingen zijn o.a. gericht op het verwerven van academische vaardigheden waaronder het doen van onderzoek.

WOA (Wet verbod op onderscheid naar arbeidsduur)

Dit is een wet om discriminatie op basis van het aantal te werken uren per week tegen te gaan.

Bijvoorbeeld: bij je planning mag je geen onderscheid maken tussen het geven van de gunstige diensten aan werknemers die parttime of fulltime werken.

WOBOT (Wet Onderscheid Bepaalde en Onbepaalde Tijd)

Dit is een wet om discriminatie tussen arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd en onbepaalde tijd tegen te gaan. Deze wet is niet van toepassing op de uitzendovereenkomst, omdat er vanuit de WAADI verschil mag worden gemaakt in arbeidsvoorwaarden tussen flexwerknemers en vaste medewerkers. De inlenersbeloning hoeft volgens de uitzendcao niet volledig, maar op 6 punten gevolgd te worden.

WOR (Wet op de OndernemingsRaden)

Het doel van de WOR is het vastleggen van medezeggenschap voor werknemers binnen grotere ondernemingen van meer dan 50 werknemers. In de WOR is het recht op informatie, overleg, advies en instemming van werknemers opgenomen. Hierdoor kan invloed uitgeoefend worden op het bestuur van een (grotere) onderneming of instelling. Werknemers kunnen passief en actief kiesrecht verwerven. Ook flexwerknemers kunnen dit recht verwerven.

WSF (Wet StudieFinanciering)

Deze wet voorziet in een lening van de overheid voor studenten om hun studie te bekostigen. Dit wordt ook wel het studievoorschot genoemd. Kinderen van minder draagkrachtige ouders kunnen op dit studievoorschot eventueel een aanvullende beurs krijgen. Om naar de opleiding te kunnen reizen kunnen studenten een Studentenreisproduct krijgen. De WSF wordt uitgevoerd door instantie DUO.

WTL (Wet Tegemoetkomingen Loondomein)

Deze wet heeft als doel dat werkgevers, werknemers met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst nemen of behouden. Dit wordt gedaan door financiële tegemoetkomingen aan werkgevers die deze werknemers in dienst nemen of houden. Het LKV, LIV en jeugd-LIV zijn onderdeel van deze wet.

WVLBZ (Wet Verlenging Loondoorbetalingsverplichting Bij Ziekte)

Op grond van deze wet zijn werkgevers verplicht om zieke werknemers maximaal 2 jaar loon door te betalen als zij tijdens hun arbeidsovereenkomst niet kunnen werken vanwege ziekte. Het eerste jaar tenminste 70% van het laatstverdiende loon, maar minimaal het Wettelijk Minimum Loon. Het tweede jaar 70% van het loon. Hierbij mogen maximaal 2 wachtdagen worden gerekend. Werknemers waarvan de arbeidsovereenkomst eindigt tijdens ziekte, komen in de ZW en houden deze ZW uitkering tijdens ziekte tot max 104 weken. Zie VLZ.

WVP (Wet Verbetering Poortwachter)

Deze wet is ingesteld om het aantal werknemers dat langdurig ziek is terug te dringen. Het idee is dat snel en effectief ingrijpen door de werkgever het verzuim korter maakt. De werkgever en werknemer moeten zich samen met een arbodienst of bedrijfsarts, inspannen om de werknemer weer aan het werk te krijgen. Hiervoor moet samen een aantal re-integratie stappen worden doorlopen gedurende de maximaal 104 weken dat de loondoorbetaling bij ziekte geldt.

WW (WerkloosheidsWet)

De WW is een uitkering voor mensen die werkloos worden. Om het verlies van inkomen te compenseren terwijl je op zoek bent naar een nieuwe baan kan je WW aanvragen. Om aanspraak te kunnen maken op WW moet je wel aan een aantal voorwaarden voldoen:

  • De definitie van werkloosheid
  • De wekeneis en/ of de jareneis
  • Er mogen geen uitsluitingsgronden of weigeringsgronden van toepassing zijn.

De WW-premie wordt betaald door de werkgever.

WWZ (Wet Werk en Zekerheid)

De WWZ is bedoeld om de rechtspositie van werknemers met een tijdelijke arbeidsovereenkomst te versterken, het ontslagrecht sneller en goedkoper te maken en meer mensen uit de WW aan het werk te krijgen. De WWZ is de opvolger van de Flexwet.

Zachte (Subjectieve) selectiecriteria

Zachte selectiecriteria zijn functie-eisen die niet direct meetbaar en controleerbaar zijn op basis van het CV. Er wordt dan gedoeld op specifieke karaktereigenschappen of competenties zoals bijvoorbeeld: een flexibele instelling of leidinggevende capaciteiten. Dit wordt ook wel subjectieve selectiecriteria genoemd.

Zorgplicht (Arbo)

De zorgplicht uit de Arbowet houdt in dat de werkgever verplicht is om de veiligheid en gezondheid van de werknemers te beschermen. Werkgevers moeten voldoen aan de zorgplicht door onder andere het opstellen van een RI&E, risico-inventarisatie en -evaluatie en een plan van aanpak bij gezondheidsrisico’s (zoals bijvoorbeeld het werken met gevaarlijke stoffen).

Zorgplicht (WID)

De Zorgplicht uit de Wet op de Identificatieplicht houdt in dat een werkgever zijn werknemers er op moet wijzen altijd een origineel identiteitsbewijs bij zich te dragen op de werkplek. Een paspoort, ID kaart of een Nederlands rijbewijs is in dit geval een geldig identiteitsbewijs.

Zorgpremie

Dit is de premie die iedere ingezetene vanaf 18 jaar in Nederland verplicht moet betalen voor zijn zorgverzekering. Als gevolg van de Zorgverzekeringswet is iedereen in Nederland verplicht om een basisverzekering af te sluiten.

Zorgtoeslag

Zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering voor mensen met een laag inkomen. Zo blijft de zorg voor iedereen betaalbaar en toegankelijk. Hoe hoog de toeslag is hangt af van het (gezamenlijke) inkomen van deze persoon. De zorgtoeslag wordt verstrekt door de belastingdienst.

Zorgverlof

Als werknemer kan je, als iemand in je directe omgeving ziek is, onder bepaalde voorwaarden zorgverlof aanvragen om deze persoon te verzorgen. Dit komt in de vorm van kortdurend of langdurend zorgverlof. Zie kortdurend en langdurend zorgverlof. Het zorgverlof is een onderdeel van de Wet Arbeid en Zorg.

ZVW (ZorgVerzekeringsWet)

Een van de kernpunten van de Zorgverzekeringswet is dat iedereen van 18 jaar en ouder die in Nederland woont of werkt wettelijk verplicht is een basisverzekering af te sluiten. De basisverzekering is voor iedereen gelijk en dekt de kosten van bijvoorbeeld huisarts, ziekenhuis of apotheek. De vorm van de verzekering kan een naturapolis, een restitutiepolis of een combinatie van beiden zijn. Je kan je ook aanvullend verzekeren voor kosten die niet in het basispakket zitten.

De uitzend cao verplicht de uitzendwerkgever een collectieve ziektekostenverzekering aan te bieden aan flexwerknemers die niet permanent in Nederland wonen.

ZW (Ziektewet)

Een ziektewetuitkering kan je ontvangen als je door ziekte niet kan werken en geen aanspraak kan maken op doorbetaling van het loon van je werkgever. Zoals bijvoorbeeld flexwerknemers in een uitzendovereenkomst met beding, waarbij ziekte einde overeenkomst betekent of langdurig werklozen. De ZW-uitkering geldt ook voor:

  • zwangerschaps- en bevallingsverlof
  • adoptieverlof
  • orgaandonoren
  • no-riskpolis arbeidsgehandicapten, WAO/WIA en WAJONG.

De ZW-premie wordt betaald door de werkgever en is een werkgeversverzekering. Werkgevers kunnen er voor kiezen om Eigen Risico Drager te worden voor de ZW.

Zwangerschaps- en bevallingsverlof

Wie zwanger is en werkt of een uitkering ontvangt heeft recht op Zwangerschaps- en bevallingsverlof. Dit verlof kan je opnemen vanaf 4 tot 6 weken voor de uitgerekende datum. Het verlof na de bevalling duurt tenminste 10 weken. Het totale verlof duurt minimaal 16 weken. Bij meerlingen is het minimaal 20 weken. Er gelden geen wachtdagen en het verlof is altijd 100% van het loon. Dit verlof valt onder de WAZO en wordt betaald uit de ZW.

ZZP-er (Zelfstandige Zonder Personeel)

Een ZZP’er is een ondernemer die geen personeel in dienst heeft. Dit zijn personen die ‘voor zichzelf zijn begonnen’. Je biedt dan voor eigen rekening en risico arbeid aan in een eigen bedrijf, praktijk of een zelfstandig uitgeoefend beroep. ZZP’ers kunnen bij ziekte of een gebrek aan opdrachten niet terugvallen op een uitkering, omdat zij geen werknemerspremies hebben betaald.

Doorzaam

Stichting Doorzaam heeft als algemene doelstelling het bevorderen van de duurzame inzetbaarheid van uitzendkrachten door middel van een integrale aanpak! Uitzendkrachten zijn duurzaam inzetbaar wanneer zij vitaal, met plezier en vaardig hun werk doen en als zij naast het werk leren en zichzelf ontwikkelen zodat ze door kunnen stromen naar ander werk.

DOORZAAM is de nieuwe stichting, waar STAF (Stichting Arbo Flexbranche) en STOOF (Stichting voor Opleiding en Ontwikkeling Flexbranche) zijn samen gegaan.

Ministerie IenW

Dit is een ministerie van de Nederlandse overheid. Hier kan je mee te maken krijgen als je uitzendt in het beroepsgoederenvervoer. Voor een terbeschikkingstelling in het beroepsgoederenvervoer is een aanwijzingsbeschikking nodig van het Ministerie van IenW (aan te vragen bij de KIWA).

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen!

Feedback
Geef uw mening en help ons de website te verbeteren. Bedankt dat u de tijd heeft genomen om onze website te beoordelen!

Hoe beoordeelt u onze website?

Slecht
Matig
Neutraal
Goed
Geweldig
Selecteer een element op de pagina.

false

Bedankt dat u de tijd heeft genomen om onze website te beoordelen!

Selecteer een element op de pagina.